wordt alweer gememoreerd en gemonteerd in onze KA-EN-ESSEN, EN-TE- GE-EN en daarbuiten. De wereld verandert snel en wel, indien we JULIEN WEVERBERGH mogen geloven, de middelen, de technieken, de druktechnieken, de media, de kommunikatie-media. Maar de mens zal nooit veranderen en dat is maar goed ook, zullen de heren zeggen. (Bijna schreef ik HOEREN). Laat ik ze hierbij voor duidelijk gezegd en aangetoond hebben dat het vijf voor twaalf is én dat de maan schijnt. Alsnog.
Het dooide en Karnaval ging de Lente vooraf. Zoals de geest van de reiziger hem en zijn paard voorafgaat in HET STENEN BRUIDSBED van HARRY MULISH. (Onzen boer Rijn voet, een bruinrode Permekefiguur, knoestig en getaand door weer en wind. Zit op een jute-zak, vooraan zijn oude houten platte wagen met ballonbanden. Zijn klak in zijn nek, achter Bella aan, zijn grijzend paard. Reist hij de vlakten af, de dreven en bruggen van onze voorstad. Van een dorp is nog nauwelijks sprake. Dansen de muggen in Februare, wordt den boer nen bedelare, zei hij, en zijn ogen schoten vonken.) Karnaval met prins DE ZWIJGER van koning ANTHIERENS die zonodig GIJSEN met GALLE moest associëren en DEMEDTS met MOENS en opnieuw DEMEDTS met een slecht schrijver en nogeens DEMEDTS met een idealist en dus sowieso een streng te mijden schrijver. FREDDY DEVREE onder de protektie van HUGO CLAUS moest ook nogeens in dat potje roeren dat Vlaanderen heet, West-Vlaanderen bovendien, GEZELLE'S heimat en die van DURNEZ en van RODENBACH en VERRIEST en DEMEDTS natuurlijk. Maar ook de heimat van CLAUS himself en POPELIER, Bert, NEIRINCK, Freek, HANDTPOORTER, Fernand en noem maar op. Zodat het publiek van het CLAUS-POEZIE-SPEKTAKEL in het linker neusgat de zwoele bietengeur en in het rechter de stank van de aalput mee naar huis moest nemen, te nemen of te laten, naar aloude fascistische gewoonte. ‘Normalement des gens comme nous, cela n'existe pas; c'est pourquoi on doit se faire admettre.’ (L' Important c'est d'aimer, Franse dramatische film van Andrew Zulawski, RTBF 27.2.82)
Ook de Westvlaming JOZEF DELEU kwam op de buis n.a.v. het 25-jarig bestaan van zijn tijdschrift ONS ERFDEEL. Wij zaten ooit samen op dezelfde schoolbank, maar het bleef daarbij. Hij bleef zitten, omringde zich met professoren en literatoren en gaf, zoals het een grootnederlander betaamt, onlangs in Nederland een boekje uit. Niet zonder lang bij voorbaat JEROEN BROUWERS tot de grootste en de beste te hebben gepropageerd.
Hoedanook, van de maan af gezien, zijn alle mensen even groot of klein, alsook de ‘Schrijverds’ (het woord is van CAR FLANDERS). En om bij de zichtbare waarheid te blijven: van de maan af blijkt alleen de Chinese Muur waarneembaar, groot genoeg, van belang. Wat relatief is, natuurlijk. Nietwaar HANS DE GREVE?
In de rand van mijn Kladboek voor Progressieven heb ik ook nog de namen COTTENJE, Mireille en DE WISPELAERE, Paul als Westvlamingen genoteerd