Deus Ex Machina. Jaargang 6(1982)– [tijdschrift] Deus Ex Machina– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 90] [p. 90] Seizoen Ik rijd in de mist die bitter smaakt en niemand luistert hoe ik schreeuw (niemand) verhoor me voor het laat wordt. (De zon neigt ter kimme. Hoe is het mogelijk het is herfst, allerlei dingen vallen, wind). Op het verlichte klokje is het vijf voor zes. Hopeloos floepen de koplampen aan. Mijn auto haast zich, de wegen zijn volmaakt en ik verlies me naar alle richtingen in een afwezig landschap, in de mist en de mist ben ik. Als traangas glijd ik me door de handen. ERIK SPINOY [pagina 91] [p. 91] MET MIN OF MEER AFWIJZENDE HOUDING Ets + aquatint 26 × 15 cm 25 ex. Marino Van de Weghe 1981 [pagina 93] [p. 93] DE NESTENROVER Ets + aquatint 29,5 × 24,5 cm 25 ex. Marino Van de Weghe 1982 Vorige Volgende