De C.L. psalmen des conincklijcken propheten Davids
(1625)–Anoniem De C.L. psalmen des conincklijcken propheten Davids– AuteursrechtvrijOp dese voghende Voys.COmt heylighe Geest HEEre Godt,
| |
[Folio CC.r]
| |
Vervult met dijner Ghenaden goet,
Dijner Geloovigen, Hert, Moet end sin,
Dijn bernend' Liefd' ontsteeckt daerin,
O HEEr door dijnes Lichtes schijn,
Ghy int Ghelooff vergadert fijn,
Een Volck wt aller Werelt Tongen,
Dat sy dy HEEr tot Loff gesongen,
Alle lu ia, Al le lu ia.
2. Ghy heylige Licht, Eedle Confoort
Laet ons luychten des Levends Woort,
| |
[Folio CC.v]
| |
End leert ons Godt recht Erkennen,
Van Herten hem Vader Noemen,
HEEr ons bewaert voor valsche Leer,
Dat wy gheen Meesters soecken meer,
Dan Jesum Christ met recht Geloove,
End hem van ganscher macht vertrouwen,
Alleluia, Alleluia.
3. Ghy heylige Brunst, soete Troost
Helpt ons nu Vrolijck end gherust,
In dijnen Dienst volandich blijven,
Het Ernys van dy ons niet Aff drijve,
O Heer, door dijn Cracht ons bereydt,
End sterck ons Vleesches bloodicheyt,
Dat wy hier Ridderlijck gaen Ringen,
Door doot end Leven tot dy dringen,
Alleluia, Alleluia.
|
|