Sterf oude wereld
Dat het ook anders kan, werd bewezen op de presentatie van het ambitieuze boek Sterf oude wereld (moet er trouwens echt geen komma tussen Sterf en oude wereld?) van André Klukhuhn. Uitgeverij De Arbeiderspers had A.F.Th. van der Heijden bereid gevonden dit boek, waarin kunst, wetenschap en filosofie op een ambitieuze wijze met elkaar in verband worden gebracht, in Athenaeum Boekhandel op het hoofdstedelijke Spui ten doop te houden. En dat is bijzonder, want Van der Heijden had eerder verklaard dat hij al in een vroeg stadium van zijn schrijfbesognes had besloten, ‘nooit in literaire jury's te gaan zitten, nooit exposities te openen en ook nooit - hoezeer ik de betreffende schrijver ook waardeerde - andermans boeken ten doop te houden.’ Voor vriend Klukhuhn maakte hij echter graag een uitzondering.
Stipt om half acht meldde ik mij in de boekhandel, waar ik direct een glas witte wijn in mijn hand kreeg gedrukt. Van Klukhuhn of Van der Heijden echter nog geen spoor. Na een kwartiertje kwam er een vrolijk gezelschap uit het zich op een spuugworp afstand bevindende café De Zwart richting Athenaeum zeilen, waaronder de sprekers van de avond. Maar toen brandde het speechspektakel dan ook goed los.
Arbeiderspers-directeur Ronald Dietz nam het voortouw en maakte niet zonder trots gewag van het feit dat hij als zakjapannende uitgever toch maar mooi tot de uitgave van een dergelijk prestigieus boek had besloten, ‘al was het alleen maar om de pretoogjes te kunnen zien die ik André Klukhuhn op die manier bezorg.’
Van der Heijden kwam er in zijn praatje rond voor uit dat hij een zwak had voor megalomane titels. Als voorbeelden noemde hij onder andere Het Boek Van Het Violet En De Dood, de roman die Gerard Reve misschien wel nooit zal schrijven, en Mulisch' De compositie van de wereld, later zelfs nog gevolgd door De ontdekking van de hemel. Van der Heijden vertelde dat hij zelf nog een tijdje heeft rondgelopen met het plan een boek te schrijven met als titel De Grote Amerikaanse Roman van Nederland. Een vriend maakte hem er op attent dat die titel nog beter zou zijn als die zou luiden: De Grote Amerikaanse Roman van Nederland en Overzeese Gebiedsdelen.
Hij ging verder kort in op de wetenschappelijke carrière van André Klukhuhn: ‘Hij heeft infraroodspectrofotometrisch onderzoek gedaan, hebt u dat dames en heren van de pers.’ En: ‘Klukhuhns onderzoek werd hem zo goed als onmogelijk gemaakt door de NAVO, die wel belang stelde in infrarooddetectiesystemen voor zelfdoelzoekende projectielen. Hebt u dat?’
Nadat ook André Klukhuhn nog enkele woorden had gesproken, vertrok het hele gezelschap weer richting De Zwart, waar het ongetwijfeld nog lang onrustig is gebleven. Zonder mij, overigens, want ik zat toen allang weer thuis gefascineerd in Klukhuhns inderdaad weliswaar veelomvattende, maar ook rijke boek te lezen.