Anonieme houtsnede, uitgegeven door Peter Warnerssoen in Kampen (ca. 1570). Deze tot nu toe onbekende prent kwam tevoorschijn bij de restauratie van een album met prenten van Maerten van Heemskerck. Het blad en het album zijn te zien op de aanwinstententoonstelling in het Rijksprentenkabinet.
dien in opschrijfboekjes bijhield wanneer hij aan welk schilderij gewerkt had, valt het verloop van zijn ontwikkeling goed te reconstrueren.
Aan de hand van een zestigtal tekeningen en twaalf schetsboeken geeft de tentoonstelling een beeld van die ontwikkeling. Vroege tekeningen - de vroegste dateert uit 1833, toen Springer 17 jaar oud was - geven een indruk van zijn opleiding, eerst bij de rijtuigschilder Andries de Wit, later bij Kasper Karsen en H.G. ten Cate. Vanaf ca. 1845 ontwikkelde Springer een eigen stijl, die hij in de daaropvolgende decennia trouw zou blijven. Schetsen en tekeningen van landschappen en gebouwen in en om Maastricht, Brussel, Elspeet, Enkhuizen, Amersfoort en tal van andere plaatsen geven een indruk van Springers reizen. Verrassend voor diegenen die vooral bekend zijn met Springers bosgezichten in het Gooi en op de Veluwe, waarin de kunstenaar dikwijls prachtige lichteffecten wist te bereiken. In 1888 verhuisde Cornelis Springer vanuit Amsterdam, waar hij zijn leven lang gewoond had, naar Hilversum. Hier ontstonden zijn laatste tekeningen. In 1891 overleed de kunstenaar.
Bij de tentoonstelling is een uitgebreide catalogus verschenen van de hand van drs. J. Schaeps.
adres: Spaarne 16, Haarlem.
geopend: t/m 13 mei, dinsdag t/m zaterdag 10.00-17.00 uur, zondag 13.00-17.00 uur.