| |
| |
| |
Veilingen
De redaktie heeft in de afgelopen afleveringen van De Boekenwereld steeds getracht een aantal van de belangrijkste boeken- en grafiekveilingen te bespreken. Voor wat betreft de Nederlandse boekenveilingen liep dat de laatste maanden niet naar onze wens. Er zijn belangrijke veilingen geweest die wij gemist hebben. Te denken valt aan de collectie van wijlen dr. Garmt Stuiveling, die bij Van Gendt werd geveild, aan de verzameling van Hans Jaffé, die bij Beijers onder de hamer kwam en aan de boekenveiling bij Beijers behelzende de bibliotheken van mr. A.D. van Regteren Altena en die van prof. mr. A. Pitlo.
Wij hebben inmiddels enkele maatregelen genomen opdat in de toekomst de belangrijkste boekenveilingen weer in deze rubriek zullen voorkomen. In deze aflevering is dat nog niet het geval, slechts de twee eerste veilingen van Bubb Kuyper komen hier aan de orde.
| |
De twee eerste veilingen van Bubb Kuyper
Sedert het begin van dit jaar is er naast Van Gendt, Beyers, Van Stockum en Burgersdijk & Niermans, een vijfde veilinghuis in Nederland voor boeken en prenten: Kuyper in Haarlem. Het statige achttiendeeeuwse pand van het Hofje van Staats aan de Jansweg te Haarlem, vlak naast station en parkeergarage, leent zich er goed voor. De veilingzaal is onder meer versierd met een schilderstuk waarop een collage van boeken en handschriften waaronder het testament van de heer Staats uit 1725, waarin de stichting van het hofje werd geregeld. Kuyper maakt gebruik van de twee grote regentenkamers, met een aantal vetrekken erboven. Het uitzicht aan de achterzijde laat zien dat de woninkjes rond de binnenplaats nog geheel intact zijn.
De eerste veiling vond plaats op 26 februari 1986: de dag van de elfstedentocht. Een ongunstig begin, dat uiteraard niet voorkomen kon worden, omdat alles al geregeld was, toen tot de elfstedentocht werd besloten. Ondanks deze handicap was de veiling een succes: 80 à 90% van de aangeboden boeken en prenten werd verkocht voor het bedrag van de inzet of hoger. Kuyper heeft vanaf het begin de gewoonte aangenomen om op circa 75% van de taxatie in te zetten. Is er geen belangstelling, dan gaat het lot terug. Dit in tegenstelling tot enkele andere veilinghouders in ons land, die de gewoonte hebben om, wanneer er uit de zaal geen reactie komt, het inzetbedrag nog eens te verlagen, met als gevolg dat de hele zaak ernstig wordt vertraagd omdat eenieder wacht op de laagste inzet, alvorens te gaan bieden. Er waren trouwens alom stemmen te horen die het rustige, zakelijke gedrag van de veilingmeester en zijn medewerkers bewonderden.
Het glaasje wijn na afloop was een aardig gebaar, maar verliep wat chaotisch door het afrekenen en afhalen. Beter wellicht zou het zijn om de gewoonte van enkele andere veilinghuizen over te nemen en halverwege de zittingen een korte pauze in te lassen met thee of koffie, ook om het onderling contact en overleg (!) te stimuleren.
Eén van de topstukken uit de eerste veiling, Vondels Koning Davids Harpzangen uit 1657 met een door Vondel zelf op het schutblad geschreven gedicht van 32 regels en een opdracht aan J. Wandelman, werd verkocht voos f 3.100,- aan de UB Amsterdam (taxatie f 2.500,/f 3.000,-). Een andere ‘topper’, zeven delen (in veertien banden) van Seitz, Die Gross-Schmetterlinge der Erde met 705 prachtige chromolitho's werd verkocht voor f 6.100,- (taxatie f 4.500,/f 5.000,-). Maar er waren ook vele koopjes: Ter Braaks Verzameld werk voor f 220,-, Marsmans Verzameld werk voor f 50,-, een eerste editie van Van Schendels Jan Compagnie op Japans papier met handtekening van de auteur voor f 275,-, (taxatie f 350,- à f 400,-) en het Grote Tafereel der Dwaasheid, weliswaar in een moderne band, maar met enkele toegevoegde pamfletten over de windhandel, dat werd verkocht voor slechts f 500,-.
De tweede veiling, 3 en 4 juni 1986, was omvangrijker en stond op een hoger niveau. Ook hier weer uitschieters in prijs naar boven en beneden. Voor de kinderboeken was veel belangstelling, niet alleen voor de echt oude, maar ook voor die uit het begin van deze eeuw: zo bracht een drietal eerste drukken van J.H. Been f 190,- op. Zoals viel te veewachten werd er ook hoog geboden op de enkele nummers oude spelletjes en speelgoed: een Duits schimmenspel uit circa 1900 f 1.800,- en een treintje uit dezelfde periode f 1.200,-. Van de verzameling exlibris van wijlen de Haarlemse antiquaar C. Hovingh werden daarentegen veel lots niet verkocht. De duurdere Verkade albums brachten ‘hun’ prijs wel op: een niet geheel complete Friesland f 160,-, de IJssel f 120,-, de Zuiderzee f 70,- en de Vecht f 120,-.
Goedkoop was een vrijwel complete set Afbeeldingen van oude bestaande gebouwen (1854-1907) die voor f 400,- werd verkocht. Prijzig daarentegen het gedenkboek bij de opening van de Rotterdamse Bijenkorf uit 1930 dat f 220,- opbracht. De heel bijzondere set van het maandblad Wendingen (op twee afleveringen na compleet; afkomstig van H.A. van den Eynde (1869-1939), een der redacteuren; met diverse interessante bijlagen) werd geveild voor f 6.100,-,
| |
| |
een vrij hoog bedrag, maar het was dan ook een uitzonderlijk gaaf exemplaar. Vijf albums met 270 foto's uit 1881-1884 betreffende het graven van het Suezkanaal en de topografie van Syrië brachten f 1.400,- op (taxatie f 300,-/f 500,-). Een andere verzameling foto's, niet zo oud, maar wel curieus: Nederland in de jaren 1940-'45, gezien door het camera-oog van een Duitse journalist, werd verkocht voor f 1.400,-. Een aantal luxe uitgaven in prachtige conditie van de Franse uitgever Edouard Pelletan werden voor gemiddeld f 150,- aangekocht door de Koninklijke Bibliotheek. Van M.C. Escher waren er zeven eigenhandig geschreven brieven die f 1.500,- opbrachten en een exemplaar van de Icosaeder, een twintig-vlakkige blikken trommel, gedecoreerd met schelpen en zeesterren, ontworpen door Escher voor het 75-jarig bestaan van de Verenigde Blikfabrieken in 1963, dat voor f 2.300,- (zonder opgeld) van eigenaar verwisselde. Forum kocht de drie zeventiende-eeuwse aquarellen op perkament van tulpen, voor f 3.300,-. Enkele mooie banden werden aangekocht door de KB waarbij een lot met twee Haagse prijsbanden f 500,- (taxatie f 150,-) opbracht, omdat de tegenbiedende verzamelaar van judaica ze wilde hebben, aangezien ze op naam stonden van A. Polak en van D. Polak Daniels. Drie achttiende-eeuwse schrijfboeken tenslotte werden voor ruim f 2.000,- gekocht door Forum.
Het was een veiling waar zowel de handelaar, de gespecialiseerde verzamelaar als de beginnende boekenliefhebbers tevreden vandaan kwamen. Een cliënt uit de laatste categorie ontmoette ik op de stoep: een eerstejaars student geschiedenis die me vol trots de vierdelige Geschiedenis van het Nederlandsche Volk van P.J. Blok toonde (de beste, derde, editie uit 1923 en nog steeds een zeer bruikbaar naslagwerk) waarvoor hij f 35,- had betaald!
A.G. van der Steur
| |
Twee keer Moorthamers
De Brusselse Moorthamersveiling van 18 januari bevatte een vijftiental boeken over Congo, die allemaal hoge ogen gooiden: de geïllustreerde folio-uitgave in het Italiaans van Cavazzi da Montecuccolo, Bologna, Giacomo Monti, 1687, in een moderne versierde kalfsleren band realiseerde 70.000 BF en de Italiaanse quarto-uitgave van Milano, Nelle Stampe dell'Agnelbi, 1690, perkamenten band uit de tijd 30.000 BF. Een gewassen exemplaar van Pigafetta's Relatione Del Reame Di Congo, Roma, Bartolomeo, [1591], in een marokijnen band van Lortic Frères, tien buitentekstillustraties, plukte 140.000 BF maar Lopez' A Report of the Kingdome of Congo, London, Ion Wolfe, 1597, kl. 4o, eigentijdse perkamenten band, versierd met drie kaarten en tien volblad-houtsneden stak het de loef af met 190.000 BF.
Nog meer evasie brachten Bogaerts Historische Reizen door d'oostersche Deelen van Asia, Amsterdam, Nic. ten Hoorn, 1711, kl. 4o, laatste bladzijden met storende vochtvlekken, met naast het frontispice en het portret slechts veertien van de vijftien platen, voor 20.000 BF en Ortelius' Theatrum Orbis Terrarum, Antwerpen, Chr. Plantin, [1574-'95], kalfsleren band, 122 ongekleurde kaarten, voor 700.000 BF.
Wat evasie beduidt voor de één, ondergaat een ander al dan niet lijdzaam als invasie. Daarvan gaf de graveur Hogenberg verscheidene getuigenissen met zijn 207 platen in Aitsingers Novus de Leone Belgico eiusque Topographica atque historica descriptione liber, Coloniae, 1588, kl. fo, met de grote Leo Belgicuskaart, getrokken perkamenten band en vochtvlekken, exlibris Anatole France, dat 330.000 BF samenklauwde. De Nassausche Oorloghen van Baudart van Deynse, Amsterdam, Michiel Colijn, 1616, kl. 4o oblong, verguld kalfsleer, 285 gravures in de tekst sloegen de trom tot 170.000 BF. Nog meer gruwel werd gepresenteerd voor 47.000 BF in de twee delen van Le Miroir de la cruelle et horrible Tyrannie Espagnole, Amsterdam, Cloppenburg, 1620, kl. 4o, moderne vergulde marokijnen band. Een exemplaar zonder het tweede deel werd met 10.000 BF afgestraft. Dat ook de katholieken hun deel van de ellende te verwerken kregen toonden de negenentwintig halfbladgavures in Verstegans Théâtre des Cruautez des Hérétiques de nostre temps, Anvers, Adrien Hubert, 1588, kl.4o, vergulde kalfsleren band uit de tijd, waarvoor een gelovige een zware 38.000 BF offerde. Ook Keizer Karel koos voor evasie. Een zonder wederkeer. Zijn Magnifique et somptueuse pompe funèbre, Hagae Comitum, H. Hondus, 1619, folio oblong, marokijnband van M. Vauchelle, 240.000 BF dwong met zijn zevenendertig platen, waarvan vier extra, door Johannes en Lucas a Duetecum naar Hiëronymus Cock tot eerbiedige stilte. Over de staten van de Pompa funebris publiceerde L. de Pauw-de Veen een verhelderend artikel in de Miscellanea Jozef Duverger, Bijdragen tot de kunstgeschiedenis der Nederlanden, II, Gent, 1968.
Vesalius' Anatomie, Amstelredam, Cornelis Danckertz, 1647, fo, frontispice en tweeenveertig platen, met de Bedieninghe der Anatomien, 1646, drie illustraties, in contemporaine perkamenten band haalde 105.000 BF, te vergelijken met de f 5.000,- bij Van Gendt in december 1984. Voor Rademakers Hollands Arcadia, Spiegel van Amsterdams Zomervreugd, Hollands Tempe verheerlykt en Rhynlands fraaiste Gezichten, L. Schenk, 1730-'31, gr. fo, in een gemarmerde kalfsleen band uit de tijd, met gescheurde scharnieren gaf men 90.000 BF. De Cantillons Délices du Brabant et de ses Campagnes, Amsterdam, Jean Neaulme, 1757, vier delen in twee contemporaine vergulde kalfsleren banden in-8o, met 200 illustraties in taille douce veranderden van boekenkast voor 55.000 BF. Mijn voorkeur had Lipsius' Twee Boecken vande Stantvasticheyt, Antwerpen, Christoffel Plantijn, 1584, 8o, eigentijdse kalfsleren band met vergulde ovalen stempel op de platten. Dat juweel, zowel qua inhoud als band, heeft een andere hefhebber voor 40.000 BF meegenomen. Het zal een constant geluk uitstralen! Boeken met emblemata vinden even gemakkelijk gegadigden: Bocchius' Symbolicarum questionum, Bononiae, apud Societatem Typographicae Bononiensis, 1574, kl. 4o, vergulde marokijnband van Petit, exlibris F. Didot, met 150 illustraties van Bonasone maakte de
| |
| |
verwerven 65.000 BF lichter en Le Pegme de Pierre Coustau, Lyon, Macé Bonhomme, 1555, 8o, marokijnen jansenistenband van Gruel, met vijfennegentig echte zinnebeelden in renaissancelijsten bleek 52.000 BF waard. Een ‘splendid copy’ van de 1560-editie in een vergulde marokijnband van Allô kaapte in september 1983 bij Van Gendt f 1.800,- weg. Over de Nederlandse emblemataliteratuur schreef K. Porteman een aanbevelenswaardige Inleiding, Wolters-Noordhoff, 1977.
Op de auctie van 15 maart bij Moorthamers waren een paar uitschieters. Ortelius' Theatrum Orbis Terrarum, Antverpiae, apud Christophorum Plantinum, 1584, fo, eigentijdse kalfsleren band met gescheurde scharnier, 112 zeer mooi in de tijd gekleurde kaarten, ontlokte ieders bewondering en zal niet ophouden voor 1.350.000 BF de zalige bezitter te verheugen. Voor iets hoort iets. Een andere bron van vreugde vormt Blaeus Novum ac magnum Theatrum Urbium Belgicae, Amsterdam, 1649, twee folianten in contemporain perkament, 223 ongekleurde en iets gebruinde platen, dat 900.000 BF naar zich trok. Een prijs die de laatste tien jaar goed meegeëvolueerd is - wat men van vele duurdere boeken niet kan beweren -, in 1974 bijvoorbeeld werd de Latijnse uitgave van het Stedenboek bij dezelfde Moorthamers voor 300.000 BF geveild. Tot de parels behoorde ook Terentius' Comoediae, Straatsburg, Johannes Grüninger, 1499, fo, moderne perkamenten band, meer dan 160 houtsneden, waarvoor men een blije 410.000 BF diende op tafel te leggen. Gevatius' Pompa introitus, Antverpiae, [1642], fo, geïllustreerd met frontispice en tweeenveertig platen door Th. van Thulden naar Rubens, samengebonden met Becanius' Serenissimi Fernandi Hispanarum... introibus in Flandriae Metropolum Gandavum, Antverpiae, J. Meursius, 1636, met eenenveertig van de tweeënveertig platen in een gehavende leren band kon pralen met 280.000 BF.
Ook al kijken sommigen neer op de literaire inspanningen of uitspanningen - denk aan het kreeftdicht of het schaeckberd - van de facteurs, de produkten van de rederijkerskamers vinden gretige bewonderaars. De Spelen van sinne byden xix gheconfirmeerden Cameren van Rethorijcken binnen der Stede van Ghendt comparerende, in fine: ‘Ghedruckt ende voleynt int jaer 1564... te coope te Wesel... by my Hans de Braecker’, kl. 8o, perkamenten band uit de tijd, exlibris V. de la Montagne bewezen die populariteit: 59.000 BF. Ondanks de onvolledigheid werden het Constthoonende Iuwelle by de loflijcke stadt Haerlem, samengebonden met Haerlems Iuwell tot nut van de oude arme uyt Liefde, Zwol, Zacharias Heyns, respectievelijk 1607 en 1608, kl. 4o, contemporaine perkamenten band, met slechts tien van de deinen prachtige gravures die de intrede van de rederijkerskamers voorstellen en vijftien andere illustraties, en Vlaerdings Redenrijckbergh, Amsterdam, Kornelis Fransz, 1617, kl. 4o, eigentijdse vergulde perkamenten band, exlibris V. de la Montagne, met maar twaalf van de zestien blazoenen, met respectievelijk 45.000 BF en 26.000 BF gelauwerd.
De Noordelijke Nederlanden waren op deze auctie eens te meer goed vertegenwoordigd. Naast het Stedenboek van Blaeu en de landjuweelstukken werden onder andere nog te koop aangeboden: Balens Beschryvinghe der Stad Dordrecht, Dordrecht, Symon onder de Linde, 1677, 4o, verguld kalfsleer uit de tijd, één plaat ontbrak, 22.000 BF, alsook Smids' Schatkamer der Nederlandse Oudheden, Amsterdam, Pieter De Coup, 1711, 8o, met zestig dubbelblad-gravures, dat samen met de Emblemata Heroica, Amsterdam, J. Oosterwijk en H. van der Gaete, 1712, zesendertig platen, in een vergulde kalfsleren band uit de tijd zat, 14.000 BF en Van Berkums De Beschryving der Stadt Schoonhoven, Gouda, Gysbert en Willem de Vry, 1762, 4o, vijf uitslaande platen, 22.000 BF. Wie dacht die boeken in België voor een pakje te kunnen redden voor het thuisland, was er wel aan voor zijn moeite. De postincunabel Epistolae Beati Pauli, Zwolle, s.d., kl. 4o, perkamenten band, één houtsnede, lijkt - in de ogen van een Zuidnederlander alleszins - evenmin een koopje: 75.000 BF.
Deze keer was, zoals men ondertussen gemerkt heeft, de oogst rijk aan Nederlandstalige boeken, 31.000 BF moest men op zak hebben voor de Ordonnantie provisionael... opt stuck vande gouden ende silveren munte, ingebonden in perkament samen met Donghevalueerde gouden ende silveren Munte..., Antwerpen, Plantin, respectievelijk 1576 en 1575, 12o. Het Fasciculus Myrre dit is een Sonderlinge devote materie van de passie ons heren Jesu Christi, van Matthijs van Dordrecht, Antwerpen, Henrich Peetersen van Middelburch, 1511, kl. 8o, perkamenten band uit de tijd, met houtsneden smeekte 55.000 BF af. Damhouders Practyke in Civile Saecken, 's Gravenhage, Wed. en Erfg. van wijlen Hillebrant Jacobsz. van Wouw, 1626, kl. 4o, met tien gravures, verguld gemarmerd kalfsleer, werd rijkelijk beloond met 30.000 BF evenals de Rotterdamse editie van Pieter van Waesberge, 1660, kl. 4o, in een contemporaine perkamenten band samen met Practyke in Criminele Saken en Ordonnantie... op 't stuck van de Criminele Justitiën in de Nederlanden, die 33.000 BF eiste. In een antiquariaat betaalt men voor die twee laatste boekjes beslist minder. Een opmerking die trouwens voor veel andere werken ook opgaat.
Wat moet men bijvoorbeeld denken van de 38.000 BF gagooid naar de Chertablons La manière de se bien préparer à la mort, Anvers, George Gallet, 1700, 4o, met tweeénveertig-naar mijn smaak doodgewone - kopergravures van Romeyn de Hooghe, als men weet dat hetzelfde werk, wel met maar veertig gravures een paar maanden geleden op een Antwerpse veiling voor 12.000 BF van eigenaar wisselde? In de zestiende eeuw zou men waarschijnlijk reageren met ‘Als die Gecken toe marckt komen, soe crijghen die kremers gelt’.
Op 4 oktober worden we weer allemaal veewacht op de volgende veiling van Moorthamers.
Marc Cappaert
| |
| |
| |
Prenten- en tekeningenveilingen
Het aanbod van tekeningen en prenten was dit voorjaar niet bijster groot. Zoals gebruikelijk spaarde Van Stockum de grafiek op voor de afzonderlijke najaarsprentveiling. Van Gendt kon een aparte veiling en, krap twee maanden later, een uitsluitend topografisch gerichte prentenzitting organiseren. De prentveiling van 29 april bracht 671 kavels, opgeborgen in grote kartons ter bescherming en een voldoende aantal portefeuilles, zodat het kijken hier een aangename en onbezorgde bezigheid was. Elders wordt de uitstalling te vaak veronachtzaamd. Een te groot aantal prenten geperst in een ondeugdelijke standaard, grote bladen in te kleine beschermmappen, onvoldoende zorg voor ‘kijkdag-slijtage’, zelfs bladen zonder andere bescherming dan een papieren passepartout, het zijn geen ongebruikelijke taferelen in de veilingzalen. Opvallend bij Van Gendt vond ik het aantal stukken in achterhaalde encadrementen die men bij aankoop liever meteen zou achterlaten. Uit de toestand van de lijsten en dichtgeplakte passe-partouts bleek ook dat voor de beschrijvingen de achterzijde van het blad niet altijd wordt bekeken. Zou men daardoor in Nijmegen op het Museum de Commanderie van St. Jan nog een prettige ontdekking gedaan hebben? Daarheen verhuisde een getekend zelfportret van Jan Toorop, een ingelijst schetsboekblaadje van 14,5 × 11 cm uit 1911 (nr. 304; taxatie f 300/500,-opbrengst f 1.800,-). Zo droeg ook de toegevoegde tekening bij nr. 297 (toegeschreven aan Is. Moucheron) onder het passe-partout een plausibele toeschrijving aan Paulus van Liender, een naam die in de beschrijving niet misstaan zou hebben. Het moet door enkelen gezien zijn, getuige de f 850,-(taxatie f 600,-) die voor de twee enigszins saaie blaadjes werd betaald. Niet elke oude lijst hoort interaard in de vuilnisbak thuis. Een van de mooiste stukken uit de veiling was dat mede door de oorspronkelijke lijst uit
de tijd: nr. 286, een Van der Leck-achtige groep bij een haringka in aquarel door Johan van Hell (taxatie f 700,-; opbrengst f 3.700,-). Zoals bij boekbanden gebruikelijk is, zou men hier naast F (‘framed’) ook een categorie CF (‘in contemporary frame’) moeten kennen.
Zonder veel spectaculairs te bevatten, telde de veiling bij Van Gendt een aantal aardige stukken, waaronder twee fijne tekeningen van Rie Cramer (f 425,- en f 350,-) en vier aquarellen van volkstypen van elk 18 × 13 cm door G.J. Staller (taxatie f 500,-; opbrengst f 2.000,-). Bij de oude grafiek werden, omdat de staat der prenten niet onberispelijk was, niet de hoge prijzen van de vorige veiling gehaald: Ph. Galle naar F. Barocci, Annunciatie, 1588: f 350,- (taxatie f 300/500,-); J. Saenredam naar H. Goltzius, Schaatsend paar, circa 1600: opgehouden voor f 400,- (taxatie f 500/700,-); D. Hopfer (circa 1470-1536), ontwerp voor twee kandelabers: f 275,- aan het Rijksprentenkabinet (taxatie f 300/500,-); Chr. I van de Passe, vier mooie ronde gravures met de elementen, diam. 11 cm: f 1.600,- (taxatie f 800/1.200,-); Dezelfde, drie gravures met goden: f 550,- aan het Rijksprentenkabinet (taxatie f 600/800,-): G. Pencz, De bekering van St. Paulus, 1543: f 100,- (taxatie f 100/150,-); tenslotte J. van Ruysdael (1628-1682) De kleine Brug in de tweede staat, gerdrukt op het in 1765 uitgevonden velijn-papier: f 360,- (taxatie f 100/200,-). Bij de moderne grafiek spong vooral de matige opbrengst van de twee Escher-items in het oog: De Viervlak-planetoïde, afgebeeld op het omslag van de catalogus, vond voor f 5.000,- een gebruikelijke weg naar Amerika (taxatie f 5.000/7.000,-). Een gerestaureerd exemplaar van het blikken hommeltje moest voor f 1.100,- voor de oorspronkelijke eigenaar behouden blijven (taxatie f 1.200/1.500,-).
De kern van de moderne prenten werd gevormd door een kleine maar oude verzameling, in de oorspronkelijke grauwe opzetkartons, en deels met het winkelmerk van de legendarische J.H. de Bois. De prijzen waren hier degelijk, f 1.600,- voor de enige twee verschenen afleveringen van het Vijftigers-tijdschrift Reflex (taxatie f 1200/1500,-), f 450,- voor een zelfportret in linoleumsnede door Dick Ket (taxatie f 200/300,-), f 450,- voor de litho Meisje met zwanen door R.N. Roland Holst (taxatie f 200/300,-), en f 1.200,- voor een van de 30 exemplaren op Japans papier van Henricus' Art Nouveau-produktie Liedekin van Here Halewine (taxatie f 400/500,-).
Ook de algemene veilingen bevatten een enkele maal enige bijzondere prenten. Op de speciale veiling van Loth Gijselman (Singer Museum, Laren, 27 mei) ontdekte een medewerker van het Rijksprentenkabinet tussen de ingelijste huiskamergrafiek een exemplaar van de eerste, onvoltooide, staat van Jan Toorops drogenaald Kanaal met schilder (cat. Toorop nr. 11). Deze bijzondere afdruk was door de kunstenaar ingekleurd en gesigneerd. Het enige andere gesignaleerde exemplaar van deze staat is sinds de veiling A. Welcker in 1942 spoorloos. De afgebeelde kunstenaar is volgens een betrouwbare overlevering Toorops vriend en collega Johan Thorn Prikker. Een dergelijk intimi-exemplaar gaat vrijwel niet alleen; ernaast hing een tweede drogenaald door Toorop, één van de negen exemplaren voor vrienden uit een oplage van 25 (Angelus; cat. Toorop nr.40). Doordat de etsen ingelijst en iets gebruind waren en vanwege de uiterst summiere beschrijving in de catalogus, bleven de prijzen onder de f 200,- per stuk. Mogelijk uit dezelfde collectie stamden ook enkele etsen van Felix Buhot, de tekenaar van onder meer Parijse stadsgezichten wiens grafiek door de uitgebreide remarques zo opvalt (opbrengst rond f 700,-). De overige grafiek bleef over het algemeen ver onder de schatting en wisselde soms voor niet meer dan enkele tientallen guldens van eigenaar.
Ook de algemene veiling van P. Brandt liet op 3 juni hetzelfde beeld zien. Enige mooie prenten, waaronder een atelier-fragment van Jessurun de Mesquita, brachten goede prijzen op; de rest ging ver onder de hoge (mondelinge) taxaties.
Wie het hoogtepunt op het gebied van de papierkunst van het afgelopen voorjaar in de veilingzaal gemist heeft (in Laren), zal dat aanstaande herfst op de antiekbeurs te Delft kunnen inhalen. Daar pronkt Th. Laurentius met het krachtige, breed opgezette gezicht op de stad Rhenen door Abraham de Verwer
| |
| |
(voor 1600-1650) waarop de Utrechtse poort op de voorgrond weergegeven is en de Cunera-toren nu eens op het tweede plan. Wie niet tot de herfst kan wachten kan de afbeelding nu vast naslaan in het tijdschrift Heemschut, jrg. 18, nr. 11.
R.J.A. te Rijdt
|
|