4 - Taalkunde
46.896 Hellendoorn, J.W.
439
WAT MOET IK ZEGGEN EN HOE ZEG IK HET IN HET ZWEEDS. Bewerkt dr J.W. Hellendoorn - A'dam-Antwerpen, Kosmos, 1959 (13 × 10) 96 blz.
20 fr.
V - Praktisch en handig voor reizenden. Daar ook voor alle woorden en zinnen de uitspraak wordt aangegeven, kunnen zij zich hiermee wel redden. ‘Underbyxor’ is een ‘onderbroek’, geen onderbreuk (p. 92)!