XX
008: 709
FLANDRIA NOSTRA. Ons land en ons volk, zijn standen en beroepen door de tijden heen: 2e dl. O. red. v. Dr J.L. Broeckx, Prof. Dr C. de Clercq, Prof. Dr J. Dhondt, Dr M.A. Nauwelaerts. Geïll. met 5 pltn en afb. - Antwerpen, Standaard-Boekhl, 1957 (27 × 19) 461 blz.
geb. 495 fr.
IV-V - Nemen we in het tweede deel een willekeurig hoofdstuk: het laatste (De Ceramiek-kunstenaars II - van de middeleeuwen tot de moderne tijden), als voorbeeld om de gevolgde metode te doen kennen. We lezen: De kunstenaars - De opdrachtgevers - De werkvoorwaarden - Overzicht van de werkcentra en de belangrijkste verzamelingen. Overlopen we nu ook de algemene indeling van datzelfde deel: De bouwmeesters - De beeldhouwers - De schilders - Scriptores en miniaturisten - De grafische kunstenaars - De tapijtwevers - De kantwerksters - De glazeniers - De metaalkunstenaars... en we stellen vast: niet de zoveelste kunstgeschiedenis, maar wel een geschiedenis van onze kunstenaars, als antwoord op de vragen: ‘Wie waren zij? Hoe leefden zij? Welke rol speelden zij?’ Een sociale kultuurgeschiedenis, zoals in het Woord Vooraf van het eerste deel gezegd wordt. Naar dezelfde opvatting brengt dat eerste deel de geschiedenis van: Het landschap - De boeren - De handarbeiders - Handelaars en neringdoenden - en dat tot in de 19de en 20ste eeuw. Dit laatste voor elk der behandelde standen, hetgeen niet even konsekwent volgehouden werd in elk hoofdstuk van het eerste deel. Het systeem der vele (bevoegde) medewerkers heeft ook nog wel andere nadelen. Zo wat de stijl betreft. Naast een paar bijna dorre mededelingen van namen en data, treffen ons twee veeleer journalistiek-vlotte, op het randje polemisch gestelde schetsen van de geschiedenis der handarbeiders, en van het lot der handelaars en neringdoenden in de 19de en 20ste eeuw. Zulks door een niet genoemd medewerker wiens vinnige stijl ons de naam van een in-Nederland-levend Antwerps historicus voor de geest brengt. In hetzelfde verband: een gedegen bijdrage als die van A.J.J. Delen, over de grafische kunstenaars, brengt tal van pittige bijzonderheden over een rabauw zoals plaatsnijder Hier. Wierix (16e eeuw),
evenals de (in dit verband) niet onmisbare vermelding dat Henry van Straten ‘tijdens de bevrijdingsgevechten bij Antwerpen door de Duitsers werd vermoord’. Wie op grond van de aankondigingen verwacht had dat Flandria hier in zijn ruimste historische betekenis zou genomen worden (‘van Atrecht tot Utrecht’ zoals