L'ecrit et le manuscrit
In dit verzamelwerk onder de titel ‘Texte, Codex & Contexte’, afl. I, doet Frank Willaert een schitterende analyse van lied 23 van het Gruuthuse handschrift en noemt het na Joris Reynaert het vroegste getuigenis van moderne liefde-aanvoelen.
Jelle Coopman op zijn beurt zegt overtuigend dat de ‘theater’ verzamelingen, die in druk verschenen begin 16de eeuw, werk kunnen zijn van één en dezelfde groep virtuose commentatoren van de eigen tijd in direct contact met de drukkers zelf (en het Parijse Sorbonne-milieu). En o.m. Renaud Adam onderstreept hoe op de 54 bewaarde Franstalige incunabels, gedrukt in de Nederlanden, er 32 uit Brugge kwamen en 5 uit Valenciennes (Jean de Liège).
A.D.
L'écrit et le Manuscrit à la fin du Moyen Age. Sous la direction de Tania van Hemelryck & Céline van Hoorebeeck, Brepols 2006, 396 p.