Dadizele in 1818
Het antwoord van Dadizele op de vragenlijst van de gouverneur in 1818 is niet zo relevant (Rijksarchief Brugge, Modern Archief, 1ste reeks, nr. 2.195).
De oppervlakte bedroeg 595 hectaren en de bevolking liep op tot 1.556. Ze was verdeeld in 718 personen die het centrum bewoonden, 95 in de Nieuwe huysen, 64 op het gehucht De Cleppe en dan verder verspreid over het ganse grondgebied van de gemeente nog 679 (fermes et maisons isolées).
De 53 hectaren die vermeld werden als paturages, waren voor een deel terres incultes, die alleen dienden als schapenweide en eigenlijk minderwaardige grond, composés d'une terre glaise soit jaune soit bleckaert, die onmogelijk in cultuur gebracht konden worden.
De onderintendant van Kortrijk voegde aan de verklaring van Dadizele toe dat in oude tijden het riddergeslacht met de naam Dadizele gerekend werd onder les plus illustres de la Flandre. Ridder Daniel van Dadizele combattait vaillamment à la Bataille de Poitiers en 1356 et fut tué. Maar over de bekendste ridder van alle ridders, namelijk heer Jan van Dadizele, wist er in 1818 niemand iets mee te delen!
A.B.