Biekorf. Jaargang 105
(2005)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 372]
| |
Nog de putgalgen op de Verversdijk te Brugge.In het artikel ‘De wippen van de Verversdijk’Ga naar voetnoot(1) schrijft H. Deneweth dat op het stadsplan van Marcus Gerards (1562) ter hoogte van de Verversdijk zes hefboomconstructies afgebeeld zijn die op het eerste gezicht doen denken aan kranen. Ze stelt zich daarbij de vraag of het hier om echte kranen gaat en indien niet, welke rol die constructies wel hebben gespeeld. Het antwoord heeft de auteur gevonden tijdens het historisch onderzoek n.a.v. de opgravingen aan de Verversdijk: in een 16de-eeuwse acte wordt beschreven hoe het water, nodig voor de ververij, met putgalgen uit de Reie wordt gehaald en verder via loden buizen wordt getransporteerd.
Eigenlijk was het al vroeger bekend dat de constructies op Marcus Gerards' kaart putgalgen (putwippen) waren. Zoals Deneweth schrijft, had E. Vandevyvere in 1983 in zijn studie over de watervoorziening te BruggeGa naar voetnoot(2) gelijkaardige wipconstructies vermeld op het voormelde stadsplan, en wel op de Vrijdagmarkt, op de Wijngaardplaats en in het PrinsenhofGa naar voetnoot(3). Sprekend over de in 1290 vernoemde Verversdijk - waarschijnlijk toen reeds het werkterrein van de ververs, zoals dit ook in latere eeuwen het geval was - schreven we in 2002:’ Dat zien we ook op de kaart van Marcus Gerards, waar op de Verversdijk zes wipconstructies staan waarmee water uit de Reie kan worden opgehaald.’Ga naar voetnoot(4).
De vorm van deze wipconstructies treft men in heel Europa aan - en niet hoofdzakelijk in het Middellandse Zeegebied, zoals Vandevyvere schrijft (o.c., blz. 21). - bijzonderlijk bij boerderijen. | |
[pagina 373]
| |
Op enkele meter afstand van een waterput werd een gegaffelde boom opgericht, of bij ontstentenis daarvan een paal waaraan bovenaan twee zware planken werden genageld. Aan een ijzeren staaf tussen de gaffels (of tussen de twee planken) werd een balancerende ligger (wipstok) bevestigd die aan de achterzijde verzwaard was, bijv. met een zware steen; aan een ring aan de voorkant van de wipstok werd de rechte schepstok (putstok) bevestigd waaraan onderaan aan een haak de emmer hangtGa naar voetnoot(5). Met beide handen trok men de schepstok + emmer naar beneden, duwde de emmer onder water om hem te laten vollopen, trok hem dan met behulp van de stok weer naar boven - wat vergemakkelijkt werd door het tegengewicht achteraan op de wipstok - en haalde hem over de putrand om hem te ledigen, zonder de emmer van de schepstok af te halen. Het is een eenvoudig, maar ingenieus systeem dat het ophalen van water veel lichter maakt, zoals ik het indertijd zelf heb mogen ondervinden.
Luc Devliegher |
|