Groen en boomaanplantingen te Roeselare voor 1600
De Stadsrekeningen van Roeselare bevatten een massa aanduidingen over aanplanting en onderhoud van groen en bomen langs de wegen en in de openbare plaatsen in deze kleine stad vóór 1600. We doen een keuze uit de vele teksten over dit onderwerp.
Wulghe troncken werden aangekocht in 1520-21 om pootstaken te plantene daert van noode was ende vlecht houdt daer uut nemende omme mede te bevlechtene den put up den hazelt; ende 400 wissen omme mede te bindene de langhe bondels omme inde straten te legghen. Deze laatste zinsnede wijst erop dat de bedding van de (aarde)straten met houtbundels verstevigd werd.
In 1529-30 wordt een som betaald vande pootstaecken te voeren daert van noode was.
Jonge olmplantsoenen werden aangekocht in Ieper en Fransken Buuse wordt vergoed vandat hy de olmekins met doorne wapende (1554-55). De jonge olmpjes werden vermoedelijk met doornen omwonden (nu zou men stekkerdraad gebruiken) om vandalisme te keer te gaan en de schade te beperken veroorzaakt door loslopende dieren. Later (1555-56) worden betalingen gedaan omme olmen te plantene ende te beterne, en doude olmen te verheghenen (= schoonmaken, opknappen).
Nieuwe aanplantingen van olmen gebeurden in 1561-62 toen de selve ghevet ende ghewaepent werden jeghens de beesten. Omgewaaide bomen dienden terug opgericht te worden ende te waepene.
In 1556-57 werden de stedewulghen gesnouct. Een paar jaar nadien heeft Joos Byn de wilgen van de stad gesnoekt metsgaders van troncken van wulghen tzelve ghemaect in bernehout (= brandhout). En in 1563-64 was men bezig ande stede planterye, die te snouckene alzoot behoort.
Een laatste vermelding vóór 1600, nl. in de rekening van 1597-98 geeft op dat er gewerkt werd int scalpen (†) vande haghen ende voetweghen.
Geert Hoornaert is de auteur van dit lezenswaard artikel in Rollarius 2003, blz. 178-180. We mogen eruit afleiden dat een kleine stad als Roeselare grote zorg besteedde aan het weinige openbare groen dat ze te beheren had. Vooral de aanplanting langs de wegen en in een paar afgelegen plaatsen werden regelmatig verzorgd op een wijze waar vele hedendaagse gemeentebesturen een voorbeeld aan kunnen nemen.
A.B.