Biekorf. Jaargang 96
(1996)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermdStedespeellieden 1561Was in de jeugdjaren van J.S. Bach een getal van drie instumentisten voor vesperdiensten bv. een minimum, dan bleken te Brugge, waar ze in 1560 met drie waren, problemen te zijn met Apollo (Jan Leunis, stadsspeelman sinds 1549, 1543-1549 en 1578-1580 ook zangmeester aan de St.-Jacobskerk) ende Cornelis. Die misdroegen zich upde maeltijt vande bejanen, het nieuw aantreden van schepenen op 1 september: ghistern hem qualicken hadden, ende qualicken toespraken dheer Martin Lem, toekomstig burgemeester, die in 1574 bv. het huis van de choralen van de Salvatorkerk inkoopt, waardoor die een fatsoenlijke inkomen kregen (SAB., Secrete Resoluties 1557-1565, fol. 146v., 2 sept. 1560; Archief Bisdom Brugge, Fonds St.-Salvator, Kapittelakte 1571-1594, fol. 55v.-65v.). In mei 1561 (fol. 167v.) heet het dan: ghestelt in deliberatie ofmen houde de stedespelieden, ofte stelle andere ende wie, es gheresolveirt te behouden de drie, ende voords twee andre te anneveerden: Apollo, die was er dus in 1560 uit gemoeten, ende Lowijs Bre(v)vijs... met interdictie datse gheen benden en zullen maken, daertoe de voorseijde Apollon ende Loijs hebben ghedaen huerlieder eedt. Apollo die hier opnieuw aanvaard wordt was in feite als contratenor zijn carrière begonnen in Sint-Donaas, en liet voor de stadsspeellieden zangboeken opstellen: L. Gilliodts, les ménestrels de Bruges, Brugge, 1912-1913, blz. 103Ga naar voetnoot(1). Het zou boeiend zijn het benden maken te kunnen vertalen door het organiseren van een instrumentale groep die elders dan in stadsdienst optreedt. En één van die vijf zangboeken te idenficeren als de Bassus-bundel (SAB., Hs. 41).
A. Dewitte |
|