Spreuken en gezegden van gezelle
Nu het achtdelig verzamelwerk der gedichten van Gezelle werd uitgegeven (1980-1991) komt J. Boets met een aanvullend deel, de circa 4.000 spreuken, gezegden en dergelijk klein dichtwerk, meestal op rijm, door Gezelle uitgegeven in Duikalmanak, in Rond den Heerd ofwel nog in handschrift bewaard en dus niet gepubliceerd.
Deze spreuken werden alfabetisch gerangschikt op het eerste woord en ernaast staat een korte (al te korte) omschrijving. Benevens de herkomst wordt een uitleg geriskeerd. Wij zeggen wel ‘geriskeerd’. Het is vaak moeilijk spreuken en uitdrukkingen, in vele gevallen taalkundig opgepoetst en op rijm gesteld door Gezelle, in de juiste betekenis te vatten, nu meer dan een eeuw later.
Een voorbeeld van mogelijke interpretaties is de spreuk ‘Ter pijpen behoort een bonge’, waar de auteur verwijst naar ‘Bij een vat hoort een houten stop’ en waar Fr. Debrabandere het houdt bij de betekenis ‘Bij een fluit hoort een trommel’ (De Leiegouw, 1994, blz. 102). Zowel het ene als het andere is het overwegen waard. Het is immers bekend dat een pipe een langwerpig vat was waarin veelal wijn werd bewaard, en dat de bomme van een ton een stopsel betekent. Maar de uitleg van de fluit met een trommel is even aannemelijk.
De uitgave van deze spreuken en gezegden bewijst andermaal dat onder de hand van de Meester de meeste volkse gezegden een toets meekregen die ze dichterlijker maakte en ook vaak aan inhoud deed winnen. De publicatie van J. Boets is zeer overzichtelijk uitgegeven en zal hopelijk aan vele lezers aangename uren bezorgen.
A.B.
J. Boets, Guido Gezelle. Spreuken en gezegden (CODA, Antwerpen), 1993, 471 blz.