Biekorf. Jaargang 93
(1993)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 201]
| |
Waar komt het woord boldavid vandaan? (Vraagw. 1992, blz. 451)Boldavid, dat zeildoek betekentGa naar voetnoot(1), verwijst naar de plaatsnaam PouldavidGa naar voetnoot(2). Pouldavid, ontstaan aan het uiteinde van een lange en smalle inham, bood een veilige ligplaats voor schepen en was in de 15de en 16de eeuw een belangrijke haven. De zeelieden van Pouldavid hadden zich gespecialiseerd in de transport van zout dat ze in de Vendée haalden en naar andere landen brachten o.a. naar de Nederlanden. Dit zout werd verpakt in henneplinnen of olonnes, genoemd naar de kustplaats Olonnes (Vendée, Fr.) waar dit produkt sedert de middeleeuwen werd vervaardigd. Daarna konden de zeelieden van Pouldavid zich dit henneplinnen ter plaatse aanschaffen, nl. in Locronan, enkele kilometer daarvandaan. In de loop van de 16de eeuw groeide Locronan uit tot een bloeiend textielcentrum dat zich echter sedert de vorige eeuw eerder op de productie van zeildoeken richtte in plaats van verpakkingsmateriaal. Die zeildoeken genoten grote faam in het buitenland, onder benaming van boldavidGa naar voetnoot(3).
Volgens de getuigenis van een Brielse poorter waren er onder de vreemde kooplieden die zijn stad bezochten ‘Berthoenen mit zoudt ende boldavit’Ga naar voetnoot(4). Diezelfde poorter beweert dat hij ooit een Breton had gelogeerd, van wie hij zijn volle lading boldavid had afgekocht.
Deze benaming is ook in andere talen overgegaan. Al in 1498 werd er gewag gemaakt van walvisvaarders uit het Spaanse havenstadje Lequeitio, voortbewogen met behulp van ‘cotonas de pulduby’Ga naar voetnoot(5). Dit produkt was dermate gewaardeerd in Engeland dat men Bretonse arbeiders liet overkomen om er die zeildoeken, of poldavys, te leren vervaardi- | |
[pagina 202]
| |
genGa naar voetnoot(6). Ook langs de Sont waren die Bretonse zeildoeken niet onbekendGa naar voetnoot(7).
Boldavid is dus een verbastering van Pouldavid, het exporthaventje over welk die zeildoeken uitgevoerd werden.
Het is dan niet verwonderlijk dat als gevolg van die betrekkingen met onze streken er in het kerkje van Pouldavid enig spoor van Vlaamse kunst te bespeuren valt: zestien geschilderde taferelen ‘selon la technique des retables flamands’Ga naar voetnoot(8), die de lijdensgeschiedenis van Christus afbeelden, prijken aan de plafondtimmering en dateren uit die periode. C.J. Deleye, Binic (Fr.) |
|