Biekorf. Jaargang 93
(1993)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 24]
| |
De wildemannen van RoeselareEen wildeman prijkte als windwijzer bovenop de torennaald van Roeselare's stadshalleGa naar voetnoot(1). Het betrof de aloude reus en heraldische figuur, met spaarzaam loof omgord, de knuppel kloek in de vuist. Dit wapen was een fallus waar niemand naast keek. Geen wonder dat de knaap vaak voorkomt als schildhouder van familiewapensGa naar voetnoot(2). Hij was overigens ook op torennaalden van burgerlijke gebouwen geen zeldzaamheidGa naar voetnoot(3). Maar de relatie tussen stad en wildeman blijkt te Roeselare dan toch van een aparte intensiteit te zijn geweest. Omdat die roedeslager de naam zelf van de stad zo ‘olijk’ gestalte gaf? Roe-slager: dit klinkt wel degelijk zeer gelijkluidend met Roeslaere (Rousslaere), zoals het ter plaatse wordt uitgesproken. Dus zonder doffe e halfweg (niet Roeselare maar Roeslare), en met de welbekende ‘g naar omhoog’ (d.w.z. de g als een h uitgesproken). Roeslaere/ Roeslaehre, dat is het ongeveer.
Van een intense relatie tussen stad en wildeman getuigt verder het feit dat de controleurs van de stedelijke lakenproduktie de beste stukken waarmerkten met een loden wildemansfiguurtje, maar dan wel met eentje dat met zijn knuppel naar roeken (van de familie der kraaiachtigen) sloegGa naar voetnoot(4). De vorm Roeks(e)lare (oud: Rouxlaere) voor de stadsnaam is ons niet bekend, maar wat nog wel te achterhalen viel is ook niet min. De niet onbelangrijke geestelijke schrijver Lodewijk-Albert Caytan (Roeselare 1742 - Brugge 1813)Ga naar voetnoot(5) noteert in zijn onuitgegeven Historyke Memorien op de Stad RousselaereGa naar voetnoot(6) dat zijn vaderstad haar naam dankt aan ‘een | |
[pagina 25]
| |
hertog of generalissimus der Normannen met naam Roxelaer die het stadhuys (lees: de oude, in 1704 ingestorte stadshalle) met den grooten toren heeft doen bauwen in de VI. Eeuw’Ga naar voetnoot(7).
Kan de roek-slager van daarnet (het loden figuurtje dat op de beste lakens werd aangebracht) een rebus-achtige uitbeelding van deze stadsstichter Ro(u)xelaer zijn?
Was hij bovendien de figuur die, een weinig beneden de windwijzende roe-slager, ter hoogte van het uurwerk op de halletoren de uren sloeg? Caytan weer: ‘De beijaerd hing op denzelfden (d.w.z. de sinds 1704 verdwenen) toren, met de stadshorlogie, op dewelke de uer geslagen wierd door eene postuer genaemd den Wildeman’. We zullen deze (tweede) wildeman, in afwachting van tegenbewijs, maar Roxelaer of de roek-slager noemen. En ons stilletjes indenken dat dit Roeselaarse broertje van Kortrijk's beroemde Manten en Kalle (en o.a. ook van Herman en zijn zoon te Nieuwpoort) met zijn knots een gong of klok deed weergalmen waar een roek op was afgebeeld.
Het zal, tussen haakjes, wel zijn belang hebben gehad dat de stedelijke keurmeesters van het laken hun daarnet vernoemde loden roekslagertjes uitreikten op de zolderverdieping van hetzelfde hallegebouw. Dichter in de buurt van de knuppelzwaaiende urenslager kon niet.
* * *
Twee wildemannen op de halletoren dus, de windwijzende roe-slager en de uren slaande roek-slager? Enkel zo wordt begrijpelijk dat bijvoorbeeld in 1539-1540 iemand werd betaald ‘van (de) wildemans te versnyden’. Er is op dat moment ook sprake van iemand die de vernieuwde (houten) ‘wildemans’ en de wijzers op hun plaats brengtGa naar voetnoot(8).
Een opmerkelijk detail is in verband met die dubbele wildemansfunktie te bespeuren op een ontwerptekening voor de | |
[pagina 26]
| |
bekapping van de halletoren. Om de lezer een handje te helpen: na grondig vernielingswerk door de Malcontenten in 1582 was het hallegebouw heropgebouwd van 1601 tot rond 1636, en werd rond 1665 de toren bekroond met een naald of spits (met peer)Ga naar voetnoot(9). De ontwerptekening in kwestie (zie illustratie) toont links de (eerder bescheiden) torenbekapping zoals ze is uitgevoerd, rechts een niet uitgevoerd project, dat voorzag in het herplaatsen van de stadsbeiaard. Voor het onderwerp van onze bijdrage is enkel van belang dat de torennaald in het ene geval versierd is met de wildeman die zijn knots voor zijn benen naar beneden houdt, in het andere (en dus niet-uitgevoerde) geval met een wildeman die de knots op zijn schouder draagt en zodoende, weer en wind dienende, er duchtig mee in het rond zou hebben gezwaaidGa naar voetnoot(10).
Het type roe-slager en het type roek-slager dus, maar dan ook laatstgenoemde als windwijzer ontworpen.
Na de instorting van 1704 is een schamele heropbouw de stad maar heel korte tijd meer dienstig geweest. En het in 1769-1770 opgetrokken klassicistisch stadhuis herinnerde onder geen enkel opzicht nog aan de halle... op de wildeman na, die als windwijzer bovenop het torentje werd geplaatst. Een nieuwe versie van de roe-slager, d.w.z. de postuur met de knots tot tegen de voeten. Er was eerst een allegorische figuur gepland die de Rechtvaardigheid moest verbeelden. Sommigen waren kennelijk van oordeel dat de eeuwenoude woestaard en het gedistingeerde pronkgebouw niet goed bij elkaar pasten. Gelukkig koos men ‘de figure van Rousselaer (...) soo als hy op de oude Halle stont ten jaere 1704’, zoals de wildeman toen ten gloednieuwen stadhuize werd getypeerdGa naar voetnoot(11). De figuur van Roeselare!
* * *
Het was, nu een vijftal jaren geleden, zeker een goed idee om deze inmiddels verdwenen windwijzer op het stadhuis door een mooiverguld duplikaat te vervangen. Maar we hebben niet het gevoel dat enig inwoner daar nog iemand in ziet die zijn stad symboliseert, of er in ieder geval de naam van belichaamt. | |
[pagina 27]
| |
Of ook die andere wildeman, de knuppelzwaaiende roekslager Ro(u)xelaer, ooit terugkeert om het nageslacht van zijn onderdanen weer uur na uur de snelle voortgang van de tijd te laten horen? Mocht het zo ver komen, dan is alvast het uur van Rolarius geslagen. Reus Rolarius, een zogezegde stadsstichter die pas in 1891 is uitgedachtGa naar voetnoot(12)... Een Antigoon- en Fynaertimitatie! Een vijand dus, en derhalve eerder het tegendeel van datgene waar hij voor doorgaat. Maar dat is een ander verhaal. J. Huyghebaert |
|