Heer Jacob van Halewyn
Biekorf 1985 publiceerde op blz. 208 een vraag van V. Arickx om meer details nopens Jacob van Halewyn, pastoor van Lichtervelde in de jaren 1454-1478. In 1478 was hij 60 jaar oud. Vóór 1454 zou hij naar zijn eigen getuigenis nog 7 of 8 jaren gewoond hebben in Kortrijk.
De naam van Halewyn roept de naam op van een talrijke en sterk verspreide adellijke familie uit die jaren. De vraag of onze heer Jacob een telg is uit dit geslacht kan daarom zo maar niet zonder meer positief bevestigd worden. Toch zijn er ernstige aanwijzingen in die richting.
In Fragmenta, 1887, dl. II, blz. 114, staat dat ene Jacob de Haelwin op 23 juli 1468 de ‘eeuwige kapellanie van Hoogmosschere’ nabij Kortrijk afstond en verwisselde voor ‘de kosterie van O.L. Vrouw kapelle in Sint-Salvators-kerk te Harelbeke’.
Is Jacob van Halewyn, die toen pastoor was van Lichtervelde, wel te identificeren met de man die de kapelanij van Hoogmosschere liet gaan?
Zeer waarschijnlijk betreft het hier één en dezelfde persoon, want de begever van het beneficie van Hoogmosschere was niemand minder dan Jan van Heule, schildknaap, heer van Lichtervelde, van Hoogmosschere en tal van andere heerlijkheden, zoals o.m. het Oosthof te Wervik.
Hier zien we dus hoe een dorpsheer zijn pastoor bevoordeligde met een kapelanij, waarvan hij het begevingsrecht bezat. De binding van heer Jan van Heule met heer Jacob van Halewyn kan nog verder zijn verklaring vinden in de omstandigheid dat beiden wel eens zeer dichte familie van mekaar waren!
In 1427 immers was er in Lichtervelde een fundatie gesticht door Jan van Quanys die getrouwd was met de bastaarddochter van Gerard van Halewyn, heer van Lichtervelde. Onder de getuigen komen enkele van Halewyns voor waaronder zelfs ene Jacob van Halewyn, die een zoon was van Gerard van Halewyn, en ook onze heer Jan van Heule (Fragmenta, II, blz. 166-167).
Het geval van pastoor Jacob van Halewyn, verwant met de heren van zijn dorp en pastoor aldaar, al of niet ter plekke residerend, die door nepotisme meer dan één kerkelijk beneficie op zijn naam had staan, is een typisch voorbeeld van de verworden kerkelijke toestanden uit de 15de eeuw. Een hervorming of een rechttrekking van zulke situaties kon niet lang meer uitblijven!
L.V.A.