Biekorf. Jaargang 86
(1986)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 164]
| |
Enkele gegevens over Cirez en andere rondreizende tandartsen in Vlaanderen tijdens de tweede helft van de 18de eeuwA. Schouteet publiceerde in een bijdrage in BiekorfGa naar voetnoot(1) een rekwest van tandarts Cirez, afkomstig uit Rijsel, die ten jare 1741 zijn beroep te Brugge wilde uitoefenen. Eigenaardig genoeg werd dit rekwest ter beoordeling voorgelegd aan het baardemakersgild. Normaal had dit een aangelegenheid van het Collegium Medicum Brugense moeten worden, maar dit laatste dat de beroepsaktiviteiten van artsen, apotekers, chirurgijns en paramedici zoals vroedvrouwen benaarstigde, kwam pas tot stand in 1760Ga naar voetnoot(2). In andere steden zoals Antwerpen, Brussel en Gent waren deze Collegia Medica al in de vorige eeuw opgericht. Cirez blijkt uit de gegevens van het rekwest de keurvorsten van Beieren en Keulen te hebben verzorgd alsook de graven van Arenberg en de Boufflers. Zijn praktijk was in de hele Zuidelijke Nederlanden bekend.
Door Frans De PotterGa naar voetnoot(3) weten we dat Cirez in de Gazette van Antwerpen van 16 januari 1750 een aankondiging liet verschijnen en zijn diensten aanbood aan het publiek. Uit de tekst blijkt dat hij sinds zeven jaar te Brussel woonde en tot Tantmeester van syne serenissime Hoogheyt als van het Hof benoemd was. Zijn adres aldaar was aan de St.-Annastraat op de Zavel. In de Gazette van Gent liet hij in 1775 ook een dergelijke publiciteit opnemen. Van zijn drukke praktijk getuigen nog twee losse publiciteitsblaadjes bewaard in een particuliere verzameling. Deze blaadjes zijn zowel in het Nederlands als in het Frans opgesteld en dragen de titel Bekentmaekinge / Avis au public en zijn derhalve recto-verso bedrukt. Beide Bekentmaekingen zijn niet gedateerd. Wel blijkt dat Cirez zich chirurgijn-tantmeester noemt van Z.K.H. prins Karel Alexander, hertog van Lorreinen en Baar, en in het tweede blaadje wordt aangegeven dat Cirez al twintig jaar zijn beroep uitoefent in Brussel. Door de gegevens van De | |
[pagina 165]
| |
‘Bekentmakinge’ van tandarts Cirez (1763).
| |
[pagina 166]
| |
Potter kan dus het begin van zijn loopbaan te Brussel met het jaar 1743 aangegeven worden en met de datum van het tweede voorhanden blaadje op 1763 gezet worden. Dit laatste is inzake tekst ook uitgebreider dan het eerste voor wat zijn odontologische vaardigheden betreft. In dit blaadje geeft Cirez zijn adres op als zijnde de Ruysbroek-straet, hooger als het spreeckhuys der Jesuiten, voor de Ste. Anna-straete. Het huis was te herkennen door het wapen van Z.K.H. Op het vermoedelijk vroegere blaadje staat zijn adres aangegeven in de Magdaleene steenweg tot Brussel. Voor beide Gentse bezoeken die 15 dagen duurden, logeerde hij in de Groote Kroone gelegen bij het Belfort.
Cirez kon tanden trekken, zuiveren, herstellen, valse tanden en prothesen inzetten en mondkwalen behandelen. Voor mondverzorging gebruikte hij vier middelen: een opiaat (een soort electuarium met opium)Ga naar voetnoot(4), koraalpoeder (verpulverd rood koraal als tandpoeder), poeder van de Maluwe-wortelGa naar voetnoot(5) en een elixirGa naar voetnoot(6) om de tanden te versterken. In het eerste blaadje vermeldt Cirez nog dat hij de armen gratis verzorgt. In het blaadje uit 1763 heet het dat hij slechts na volledige genezing betaling vraagt voor zijn operaties.
In de tweede helft van de 18de eeuw kenden onze steden ook nog het bezoek van la demoiselle Palatini, dentiste de Venise die zich ten huize van de patienten begaf. Het in het Frans opgestelde publiciteitsblaadje vermeldt dat ze tandpijn wegneemt door bepaalde remedies, tanden en het tandvlees zuivert en versterkt en dit zonder pijn en zonder gebruik van enig instrument.
Ook de ‘Dentealogus’ sieur Palerme, een geboren Italiaan, die bekend was aan het Franse Hof, deed Gent aan waar hij gelogeerd was bij sieur Champon in het Hotel van Bourbon op de Kouter. In zijn gedrukte Bekentmaekinge met permissie wijst hij op de noodzakelijkheid van tandverzorging bij kinderen en kloosterlingen. Palerme stelt valse tanden, plombeert, zuivert ze en geneest alle mondkwalen. Gele en zwarte tanden maakt hij weer glanzend wit door zijn opiaat | |
[pagina 167]
| |
Baria Felix genaamd, dat pijnstillend en versterkend is. Voor het scorbut in den mond heeft hij een remedie (genaamd Elixir de Palerme) die ook de onwelriekende adem laat verdwijnen en tandpijn geneest door middel van applicatie met een katoenen propje. Deze elixir werd verkocht in flessen of potjes tegen de prijs van 17 stuivers en half, 1 gulden 122 stuivers en half, en 3 gulden 5 stuivers en half.
Ongedateerd is eveneens het Avis au public van sieur Sauvage, geprivilegieerd chirurgijn-tandarts van de koning van Napels en van de grootmeester van de Orde van Malta, oudstudent van de faculteit van Montpellier en doctor in de chirurgie in Sicilië, woonachtig te Parijs in de rue Dauphine. Dit blaadje leert ons dat sieur Sauvage van Brussel naar Gent was gekomen en er bij J.J. Castelle, Marjolijn (Magelijn)straat, op de hoek van de Bennesteek (Bennesteeg) gedurende 15 dagen logeerde. Ook Sauvage plombeert, trekt en zuivert tanden. Daarenboven stelt hij ook valse gebitten, tandvlees, zelfs lippen en neuzen! Non verbis sed operibus credite, geloof niet in woorden maar wel in werken, schrijft hij. Zijn remedies die hij bij de hand heeft, bestaan in een opiaat voor tandverzorging en een elixir tegen tandpijn, slechte adem en allerhande mondkwalen. Ook hij verzorgt gratis de armen.
Nog een andere rondreizende tandarts verscheen te Gent in die tijd: sieur Toully, konstigen Tand en Werk-meester van Amsterdam en Middelburg, pensionaris van de stad Dowaai. Hij logeerde te Gent bij sieur Bylmaeker, meester kleermaker nabij het Klein Vleeshuis. Hij laat eveneens met permissie een bekentmaekinge drukken. Hierin komt voor dat hij alle mondoperaties verricht en het publiek zal toonen een kinnebak die hy selfs verpligt is te draegen, door de groote experientien die hy op syne eygen tanden gedaen heeft, door middel van eene indrukkinge die hy neemt op de tanden die uytgevallen zyn... Door deze afdrukken kon hij valse tanden maken en toezenden aan de patienten die deze dan zelf zonder zijn hulp konden aanbrengen. Toully verkoopt een soort water om het tandvlees te versterken en verder alles wat men nodig heeft voor tandverzorging.
Sieur Le Brun, tandarts van Z.H. Monseigneur de graaf van Arenberg, en wonende te Brussel, meldde tenslotte door middel van een gedrukt permissie-blaadje zijn verblijf te Gent tot 18 november 1768 aan. Hij logeerde op de Kouter in het hotel Sint Sebastiaan. Hilde Vlieghe |
|