In memoriam Jan van Hinte (1896-1983)
Aardenburg en omstreken behoorde tot 1604, als Oost-Vrije, tot het graafschap Vlaanderen. A. Viaene die voor ‘Biekorf’ Oud-Vlaanderen als geografische afbakening koos, deed dan ook moeite om West-Zeeuws-Vlaanderen bij het onderzoek te betrekken.
Daarom willen wij even stilstaan bij een grote Zeeuwsvlaamse heem- en oudheidkundige die onlangs op 87-jarige leeftijd is overleden nl. Jan van Hinte. Hij werd geboren te Groningen op 22 maart 1896 en is plots overleden te St.-Kruis-Aardenburg, in zijn woning aan de kreek, op 18 april 1983. In 1920 vertrok hij naar het voormalig Nederlands-Indië waar hij werkzaam was als onderwijzer en landmeter. Vanaf 1926 werkte hij samen met zijn echtgenote E. van Hinte-Zandvliet voor de Nederlandsch-Indische Vredesfederatie. Dit vredeswerk, dat eigenlijk een hoofdstuk apart vormt, heeft hij tot aan zijn dood onverdroten voortgezet ‘met grote twijfel aan de verwezenlijking ervan, maar met een onvoorstelbare inzet voor zijn idealen’ zoals op zijn doodsbericht vermeld wordt.
In 1946 kwam het echtpaar van Hinte, na drie jaar internering in een Jappenkamp, terug in Nederland. In 1950 ging hij met vervroegd pensioen en vestigde zich te Aardenburg. Vanaf dan zou hij zich toeleggen op de geschiedenis, de historische geografie en vooral de archeologie van de streek. Gedurende meer dan dertig jaar zou hij de grote vraagbaak worden van tientallen studenten die steeds gastvrij ontvangen werden. Hij werd de ontdekker van Romeins Aardenburg en lag aan de basis van de eerste oudheidkundige opgravingen.
Zijn grootste verdienste is alleszins de redding van de mooie reeks middeleeuwse beschilderde grafkelders die men thans in de St.-Baafskerk kan bewonderen. In 1964 leidde hij de opgravingen van het verdronken dorp Hannekenswerve. Hij was ook medestichter van de Heemkundige Kring West-Zeeuws-Vlaanderen en publiceerde in het jaarboek van de Kring, in het Zeeuws Tijdschrift, Westerheem en Rond de Poldertorens.
Zijn boekje ‘1000 jaar St.-Baafs’ (1969) beleefde in 1974 een herziene tweede druk.
Hij onderhield goede relaties met alle historici en oudheidkundigen uit het Meetjesland en het Brugse.
Door zijn indrukwekkende verschijning en zijn honderden voordrachten was hij in feite in heel West- en Oost-Vlaanderen bekend.
Een groot pionier van de Zeeuwsvlaamse heemkunde is heengegaan.
W.P. DEZUTTER