Biekorf. Jaargang 79
(1979)– [tijdschrift] Biekorf– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 51]
| |
Octave Delepierre
| |
[pagina 52]
| |
werp, het tweede bevat naast naast een notice over het stadhuis een portrettengalerij van de graven en gravinnen van Vlaanderen. Labargé heeft daarvoor de nodige ‘portretten’ getekend en Simonau de litho's vervaardigd, alles naar de geest van de tijd. De bladzijde voorbehouden aan Robrecht III van Bethune is erg summier; van een Leeuw van Vlaanderen is daar geen spraak. De enige aanduiding in die richting is te vinden in het relaas dat Delepierre geeft over de ‘Brugse Metten’: ‘Aux cris de Flandre et Lion, le 25 mai 1302, tous les Français et ceux de leur parti furent impitoyablement massacrès dans les rues’. Van Vlaanderen, de Leeuw! tot de Leeuw van Vlaanderen is inderdaad maar een stap. Het raadsel rond de naamgeving is trouwens niet zo belangrijkGa naar voetnoot(4).
Leven en werk van Delepierre verdienen inmiddels wat te worden afgestoft. Oorspronkelijk advokaat, daarna archivaris van de Provincie West-Vlaanderen, en in 1841 in dienst getreden van de kanselarij van de Belgische delegatie te Londen, bracht hij het tot legatiesecretaris eerste klas. Hij stierf te Londen in 1879. Opvallend is de ontwikkeling die zijn schrijversschap in Engeland heeft ondergaan. De factoren die hem, in zijn levensavond, o.a. gebracht hebben tot een filosofisch en historisch essay over de hel en over de legenden met betrekking tot het leven hiernamaals zijn voor die epoque meer dan symptomatisch. Met Conscience hadden zij niets meer te maken. G. Gyselen |
|