Manneke uit de mane 1979
Ons énig Manneke wordt eeuwig in het Jaar van het Kind, zijn Grootvaders waren reeds swighende eden aan 't zweren honderd jaar geleden, en 't gedenkwaardig geboortejaar 1881 prijkt al op kop van de bibliofilische serie der vijf eerste Mannekes (herdruk Familia et Patria).
Manneke mocht wel in de boter vallen op zijn manier: 't zit en wiegt er op zijn Maantje in Diksmuide, leutige bode van het Westland, die in verprobleemde wereld het charisma van de lach in 't land houdt.
Kwestie van heiligen in de kalender, mijn kerkeboek wordt gevloerd door profetisch Manneke dat, voor elke dag, met alle weer en met alle winden, een sant uit eigen of uit andere stam weet te engageren.
Manneke, blijf voort onder ons, op uw ondermaanse Maantje hier beneden: als ‘Leydsman der Gesondheyd’ van geest en hart kunnen en willen we u niet missen.
V.