Strobatse
De Bo geeft het w. ‘stroobatse’ = vliegertje van papier op een strohalm; fr. petit cerf-volant des enfants. Men zegt ook eenvoudig batse. Deze beschrijving is onduidelijk, en De Cock-Teirlinck hebben in hun Kinderspel 5, 232 het woord niet nader kunnen toelichten.
Guido Gezelle heeft het w. batse gehoord te Kortrijk in de betekenis: kort stenen pijpje; beschadigde tabakpijp, die haar steel half of bijna geheel kwijt is. En ook nog in de uitroep: ‘o gij kleene batse!’ (kleingestaltig kind, butse). Ook stroobatse heeft hij te Kortrijk gehoord in de betekenis die door De Bo is opgegeven, en ook als scheldnaam voor een kleine kwajongen: ‘Hoe durf-je, voor zulk een stroobatse!’ (Loquela).
De strobatse als kinderspeeltuig is daarmee niet opgeklaard. Kan iemand het kleinkinderspel met die strobatse nader toelichten?
v.s.