Mengelmaren
Kattefeest te Ieper.
De Stad leper heeft op Kattezondag (tweede Zondag van de Vasten) een schitterende plaats veroverd in de rij van onze Karnavalsteden. Het oude Kattefeest dat na lange onderbreking in 1938 hernomen werd, is dit jaar uitgegroeid tot een grootse folkloristische Kattestoet. Acht dagen te voren, op de voorlaatste dag van Kattemaand, waren twee nieuwe reuzen: Cieper, de reuzenkat, en Pietje Pek, de drager van het kattevuur, plechtig gedoopt en ingeschreven.
Het programma van 1955 behoudt de plechtige aankondiging te 11 uur en de veroordeling van de Kat, gevolgd door het Kattenwerpen van de Halletoren, dat nu gesteld is na de Stoet, te 18 uur. De Stoet gaat uit te 15 uur en omvat de volgende delen:
1. De Kattenverering in de geschiedenis: in Egypte; bij de Kelten en de Germanen; de kat bij de heksen.
2. De kat in de taal en het volksleven: Tybaert de Kater; de gelaarsde Kat; de kat in de kinderspelen; de merkwaardige groepen over de kat in onze volksspreuken.
3. De kat en het Kattefeest te Ieper: de Reuzengroep; Graaf Boudewijn en het Kattenwerpen.
Het geheel is kunstzinnig, speels en smaakvol uitgewerkt, brengt veel afwisseling en verdient zijn overgroot succes.
Het mooie programmaboekje bevat een goede bijdrage over ‘Ontstaan en groei van de leperse Kattefeesten’ die legende en historie tot hun recht laat komen.
Hierbij een paar blocnotes van ‘levende folklore’.
Oude leperlingen beweren ‘dat geen Kattefeest voorbijgaat zonder sneeuw’ (Biekorf 1948, 70). En feitelijk was de sneeuw ook dit jaar van de partij.
‘Heel Ieper miauwt’: zo hoorden wij zeggen en uitzenden gedurende de dagen van voorbereiding.
Naast het kattespeldje (1948) en katten in gebakvorm (1951) zijn nu ook pluche kattepoppen in groten getale in de handel gekomen.
Bellewaerde-Park had als een van zij Conncertnummers na de Stoet: ‘Albertus met zijn beroemde kat Bib.’
De taal weerspiegelt natuurlijk de evolutie van het Kadefeest; uit de locale pers zijn de volgende woordvormingen het aanstippen waard: