Biekorf. Jaargang 51
(1950)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd
[pagina 255]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
Tien jaar kwijnend molenleven in West-VlaanderenIN de moleninventarissen in vorige jaargangen (vanaf 1945) alhier medegedeeld, werd het verlies behandeld sedert 1 Januari 1940. Uit deze verspreide en cumulatieve aantekeningen volgt hier nu een samenvattend overzicht van de Westvlaamse windmolens die in de tien laatste jaren verdwenen zijn.
De Knokmolen te Ruiselede - in 1949 zwaar geschonden (Biekorf 1949, 276) - zal hersteld worden. Een roede werd aangekocht van de molen te Huize: hetgeen ons een verdekkerde molen te meer zal brengen. Op 1 Januari 1950 hebben we 93 windmolens, waarvan er 47 gerangschikt werden. Daarenboven kent de Commissie een 48ste gerangschikte molen te Wenduine. Het kot in kwestie, | ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
[pagina 256]
| ||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||||
reeds tien jaar ontdaan van wieken, kan nog hoogstens origineel genoemd worden.Ga naar voetnoot(1) Met de 42 molens die verloren gingen, zullen er op ons vertrekpunt (1 Januari 1940) 135 ‘werkende molens’ geweest zijn. (Vgl. Biekorf 1945, 115) Begin April 1950 is de stenen molen ‘Ter Klare’ te Sint-Denijs (Taelman) uitgebrand. Hij was verdekkerd en prachtig gelegen. Ook was hij eerst in 1922 gebouwd, ter vervanging van een molen vernield in de oorlog. De mulder denkt aan herstelling. Inzake molenbescherming staan we thans blijkbaar op steviger stellingen. Zeggen we alleen maar dat, voor gerangschikte windmolens, de eigenaar alleen tot 30% - en in veel gevallen slechts 10% - moet bijpassen in de herstellingskosten, waarvan de staat 40 tot 50, de provincie 20 tot 25 en de gemeente 10 tot 15% moeten afdragen. Het is de enige manier om afbraak te voorkomen: de goede uitslag bevestigt dit. Zo werden in de twee vorige jaren belangrijke herstellingswerken uitgevoerd aan ons molenpatrimonium, en zijn er nog meer op handen. Vermelden we de Muizelmolen te Hulste die, na de herstelling van 1942, weer een grondige herziening nodig had; Damme, waar de roeden eenvoudig gevaarlijk werden bij het draaien; de Bosterhoutmolen te Meulebeke; de molen Hoste te Ruiselede; Van Cauwenberghe te Zwevegem en de molen te Roksem waar, zoals te Damme, mogelijks fokwieken zullen worden aangebracht. Noodzakelijk zijn eigenaars tegen rangschikking gekant omwille van de beperkingen door deze erfdienstbaarheid aan hun eigendom aangebracht. Alleen een Koninklijk Besluit dat alle windmolens meteen klasseert, kan hierin verhelpen - zoals de voorlopige beschikking van 21 Mei 1946, ter vervanging van het Molenbesluit van 1942 en in afwachting van de voorbereide Molenwet, daarin voorziet in Nederland. Chr. Devyt |
|