Biekorf. Jaargang 22(1911)– [tijdschrift] Biekorf– Gedeeltelijk auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende De Schelde (Temsche) UIT 't groene rietbosch komt hij aangetogen Al slingrend in zijne forsche watermacht, De breede stroom met wentelende bogen Een reus gelijk in 't bloeien. van zijn kracht. De zonne spiegelt in zijn blonde vloeden En spreidt met rozen 't glimmend golvennat. Haar purpren stralen door de diepten bloeden En schildren in de verte een zonnestad. De brug zwaait over 't wieglen van de baren Al vast en vroom op pijlers van metaal Zij tuigt van 't scheppend brein dat uitgevaren De boorden bindt en breidelt door het staal. Van uit de vlakten over 't golvendansen, Waait levenswekkend, sterkend, frische wind, En vaart vrij verder heen door lucht en transen Gelijk een juichend zwervend hemelskind. 't Is alles stil, al eenzaam en verloren. Ginds aan den oever blinkt een dorpplaats uit. Al boven 't strand straalt 't kruisje van den toren Terwijl het klokje zachtjes avond luidt. Vincent Lefere. Vorige Volgende