Sursum Corda!
OMHHOGE! roept de kerke, gaande
ten hemel in en vrij daar staande,
getord alreê, geklokt bijkans,
en God bereid schier g'heel te gansch.
Omhooge schijnt het woord te wezen,
dat komt uit dit gebouw gerezen;
Omhooge schijnt op Leo's dag
het beste dat ik zeggen mag,
Omleege scheen weleer te drukken
het zwaarste juk van al de jukken,
het Pastorsjuk, den vromen held
dien God hier had aan 't hoofd gesteld;
Omleege scheen het trage keeren
en 't lang gebei van groote heeren
den man te duwen en Omleeg
te houden, die geen hulp en kreeg;
| |
Omleege ging 't verdriet hem dwingen
en 't menigvuldig tegenwringen
van al dat, God en kerke onlief,
alhier, aldaar den kop verhief;
Omleege zelfs zou 't volk hem hebben
gedrukt, en 't geen vele elverebben
al klapten en klapeiden, maar
Omleege en kon hij niet voorwaar,
Omhooge sprong zijn herte en rees het,
want niemand el als God en vrees' het,
dat hert, dat God alleen betracht,
vol priester- en vol mannenkracht.
Omhooge sprong het: Surmum Corda,
was 't woord, en zoo hij eens gepordha',
aan 't reuzenwerk, 't ging meê omhoog
voor iedereens verwonderd oog.
Omhooge ging 't en immer hooger,
zoo volgde den exempeltooger
al die weleer, vol twijfelmoed,
geen kracht en had in 't kranke bloed,
Omhooge roep ik ook vandage,
die hier al 't volk zijn stemme drage,
en zegge vrij, uit naam van al:
hij wilt, het moet omhooge, en 't zal,
hoe blij, jaar uit, jaar in, voordezen
heeft elk Sint Leo's naam geprezen,
die als Patroon zijn Pausenstaf
tot steun aan Pastor Leo gaf;
weerom dan: achtien eeuwen staander
gemerkt al, in den tijdvermaander,
met tachentig en zeven jaar
na Christi blijde komste daar:
moog Leo langer bij ons blijven
als achtien honderd dat wij schrijven
op dezen, zijnen blijden dag,
dien hij met ons weer vieren mag:
ja, geve God ons eens te ziene
dat hij mag schrijven negentiene
met hert en hand al even sterk,
in zijn volbouwde Pastorkerk,
dan zal 't er stuiven, zal 't er buischen,
dan zal uit duizend kelen ruischen:
God geve Leo nieuwen pacht,
die Sint Eloy omhooge bracht!
Sint Leo's feest, 1887.
Guido Gezelle
|
|