Uit het leven van Alexander Dumas.
Het is bekend, dat Alexander Dumas, de vader, op zekeren dag, waarschijnlijk om wat al te indringende lieden uit den weg te treden, die hem erg lastig vielen met zekere, van een zegel en van de handteekening van den beroemden schrijver voorziene strook papier, den genialen inval kreeg te Toulon zich op een fransch oorlogsschip, dat zeilreê lag, in te schepen, Hij wist den kommandant diets te maken, dat hij met een officieële zending bij den Bey van Tunis belast was. Deze was naïef genoeg alles voor goede munt aan te nemen, lichtte het anker en zette koers naar Tunis. Die geschiedenis baarde in dien tijd groot opzien en werd veel besproken. In de kamer gaf zij aanleiding tot een interpellatie aan de regeering. Maar voor Dumas was zij een uitnemende reclame. Alleen voor den armen kommandant had zij onaangename gevolgen. - Te Tunis aangekomen, werd Dumas met alle mogelijke eerbewijzingen, verschuldigd aan een officieelen vertegenwoordiger van het machtige Frankrijk ontvangen. In plechtigen optocht, gezeten op een prachtig getuigd ros, vergezeld van een grooten stoet Tunisiaanschen waardigheidsbekleeders, werd hij naar des Bey's paleis geleid en door den vorst onmiddellijk toegelaten tot een feestelijke audiëntie. Op deze audiëntie werd, naar oosterschen trant, de troebele dikke turksche koffie aangeboden. De Bey was buitengewoon genadig en verwaardigde zich tot Dumas de vraag te richten, of hij ook een wensch koesterde, welken de vorst kon vervullen. Dumas liet in een opwelling van overmoed door den tolk antwoorden, dat hij gaarne een kop behoorlijke koffie zou willen hebben, daar het dikke brouwsel niet te gebruiken was. De tolk durfde echter dit ongehoorde verzoek niet overbrengen en zegde gelijk Dumas beweert later te hebben bemerkt:
- Grootmachtigste gebieder! De vreemdeling zal zich zeer gelukkig achten, wanneer het u behagen mocht hem Uw glorierijke orde te schenken.’ - Toen ik te Parijs terugkwam, dus besloot Dumas zijn verhaal, stelde op het oogenblik dat ik uit mijn rijtuig stapte mijn portier mij het grootkruis der Nischan-Iftikar orde ter hand. Een kop goede koffie zou ik evenwel liever hebben gehad.