Nuttige wenken en opmerkingen over land- en tuinbouw.
Groenteteelt.
Geen planten koopen, moar zaad. III. Als gij mijn tweede stukje over dit punt met aandacht gelezen hebt, waarde lezer, dan kan het niet anders, dunkt mij, of gij moet reeds toegeven, dat het koopen van groenteplanten enkel om het groote verschil tusschen de gronden, waarop de planten tot ontwikkeling komen en die op welke zij zullen moeten doorgroeien, afkeuring verdient. Alleen om die reden reeds is het koopen van groentezaad en het kweeken op eigen bodem aan te bevelen. Dan toch genieten de planten van de ontkieming af hetzelfde voedsel, zij zijn aan denzelfden grond gewoon en staan bij de verplanting in den groei niet stil. Gezaaid op schrale aarde, schieten zij niet weelderig op, maar ontvangen ook bij de verplanting in den regel aarde, welke allicht vetter, zeker niet magerder, wezen zal. Ten gronde gebracht in vruchtbare aardsoorten, krijgen zij, planten geworden, diezelfde vruchtbare aardsoorten voor verdere ontwikkeling. Het keerpunt in het leven, waarover ik in mijn vorig artikel schreef, komt voor de planten, welke men op eigen bodem uit zaad won, nooit; onafgebroken wassen zij door van de ontkieming tot de volkomen ontwikkeling.
Maar er is meer. Gij herinnert u stellig nog, dat ik in mijn tweede artikel aannam, dat gij krachtige planten goedkoop bij de hoveniers kondet plukken. Maar hoe dikwijls kan dit geschieden? In den regel toch brengen de hoveniers hunne groenteplanten, aan bosjes van vijftig stuks gebonden, op kruiwagens ter markt. Zijt gij nu wat vroeg er bij, dan kan het mogelijk wezen dat gij planten kunt koopen, welke nog een frisch uiterlijk hebben en is het misschien aan te nemen dat de planten denzelfden morgen nog geplukt zijn. Komt gij echter wat later op den dag bij de kruiwagens, dan hoef ik u niet te zeggen hoe de planten er uitzien. Half verbrand en slap geworden door de felle zonnestralen, welke bijna loodrecht op de planten vallen, hangen de teedere worteltjes daar, bloot gesteld aan het scherpe daglicht, dat alle wortelleven totaal uitdooft. Verslenst liggen de blaadjes, uitgedroogd en gestoofd, blijkbaar met den dood worstelende. Wat wonder nu, dat zulke mishandelde planten niet willen doorgrocien in uwen tuin, lang staan te treuren en ten laatste sterven? Wat wonder dat gij later klaagt over uwe witte of roode kool,. ‘die geen kop willen maken,’ over uw andyvie en uw prei, ‘die aanhoudend worden afgeknaagd?’
de python.
Wat de hovenier op de markt niet kan verkoopen, wordt naar huis gebracht en..... ‘aan de varkens gevoederd,’ meent gij. Mis, waarde lezer! ‘Öp den mesthoop gebracht dan?’ Ook niet. Ik zeg u dit in een volgend artikel en bespreek dit onderwerp verder,