Eene petrool-gas-machine.
Onder de machines die op de tentoonstelling van Philadelphia het meest de aandacht trekken, behoort op de eerste plaats de petrool-gas-machine van Brayton. Nevenstaande gravure geeft ons deze machine te zien; wij zullen er eene verklaring van hare inrichting bijvoegen.
De hoofddeelen der machine zijn een drijfcylinder, eene luchtpomp en eene oliepomp. De drijfcylinder is besloten binnen een metalen cylinder A en speelt daar dezelfde rol van den stoomcylinder bij eene gewone machine. De ruimte tusschen de twee cylinders is gevuld met koud water, opdat de eigenlijke drijfcylinder door de verbranding van het petrool-gas niet warm worde.
De oliepomp D brengt de petrool in een vergaarbak en leidt haar van daar in de machine; bij den terugslag van den zuiger dezer pomp vloeien steeds eenige droppelen petrool in een vilten kraag, waarmee het deksel van den cylinder overtrokken is. De luchtpomp drukt de lucht in de aan elkander evenwijdig loopende buizen C saam.
Bij het op- en nedergaan van den zuiger der oliepomp verkrijgt de saamgeperste lucht der buizen C toegang in de oliepomp, waar zij zich met de petrool tot een gas vermengt en zoo in den cylinder overgaat en daar onmiddellijk verbrandt. Daar nu de klep, waardoor het gas tot den cylinder toegang krijgt, zoodra de verbranding begint, afgesloten wordt, drijft de uitzettingskracht den zuiger naar beneden. De stroom der samengeperste lucht wordt dan afgesloten, en de verbranding van het gas heeft dan maar alleen in het bovengedeelte van den cylinder plaats; daardoor ontstaat natuurlijk in het beneden gedeelte eene luchtledige ruimte, welke den zuiger weêr optrekt, en zoo heeft men eene voortdurende beweging, welke, overgebracht op een vliegwiel, deze aan de werktuigen meêdeelt die men in beweging wil zetten.