[Nummer 11]
[Voorwoord]
KONGO beleeft moeilijke maanden in zoeken en verwezenlijken van nieuwevorm-geving in onrust, tranen en bloed. Goede, eerlijke bedoelingen worden verzompt in gemene volksvleierij. En toch zullen waarheid, rechtvaardigheid zegevieren en zullen de juiste waarden tot recht komen. Met fouten en ondanks laagheden zal de eenvoudige rechtgeaarde mens van dit land het halen boven en voorbij de eerzucht van tijdelijke misleiders.
Wij zijn naar Kongo gekomen om te leven het volle leven, het enthousiaste leven in een land waar alles te bouwen was. Met een roeping van kathedralen, met de scheppingsdrang van bruggen en wegen, van gezondheid en beter leven. Van beschaving en kultuur. De intieme doormengeling van het oude West-Europa en de jonge Bantoe. Zonder overheersing maar met de drang voor het richten van een volwaardiger leven, voor het oprichten van een nieuwe welstellende maatschappij waarin aan iedere eenheid volgens bekwaamheid en verdienste, de mogelijkheid wordt geboden van volle ontplooiing.
Boven onze eigen billijke verzuchtingen van erkenning van onze primaire rechten, en zonder hieraan ooit te verzaken, is het onze plicht nu alles in te zetten om de bevolkingen, in wiens midden we leven, te richten en te leiden naar de toekomst, een toekomst met ongehoorde mogelijkheden op alle gebied.
Het is nu niet meer de vraag van duren of overblijven, het gaat om 's lands bestaan.
En hiervoor, zoals voor onszelf in de meest hachelijke omstandigheden, één parool: Nooit Opgeven.
BAND.