[Nummer 2]
[Voorwoord]
HET gebeurt ongelukkig maar al te vaak dat er abonnenten zijn die naar België met verlof vertrekken, of die in Kongo zelf verhuizen, zonder ons hun adresverandering mede te delen. Vele maanden later doen zij er dan soms hun beklag over dat zij ons tijdschrift niet meer ontvangen. Rond dezelfde tijd vinden we dan gewoonlijk de onbestelde nummers terug in onze postbus, vuil, vol vlekken en ezelsoren, met een of andere vermelding in de zin van: ‘vertrokken zonder adres achter te laten’, ‘onbekend’ enz.
U weet, dat wij in Kongo het enige Vlaamse tijdschrift zijn van algemene kultuur. Het werk dat wij eraan besteden is altijd ‘overwerk’, vaak nachtwerk. Onze enige beloning voor dat werk is de voldoening die we smaken telkens wij mogen vaststellen dat onze abonnenten onze inspanningen appreciëren. Mogen wij er dan ook bij U op aandringen dat U blijk zoudt geven van dit minimum van discipline dat nodig is om ons administratiewerk in de mate van het mogelijke te vergemakkelijken? En mogen wij hopen dat U vandaag nog Uw leesgeld voor 1955 zult betalen, zo dit nog niet geschiedde?
Wij twijfelen er niet aan of U blijft onze trouwe lezer en ijverige propagandist die ‘Band’ doet kennen rondom U en helpt verspreiden. We herinneren er aan dat er in ons Januarinummer een gele kaart werd ingelast, bestemd voor Uw bankier. Wees zo vriendelijk, ter voorkoming van administratieve moeilijkheden, deze kaart spoedig in te vullen en te verzenden. Wij bedanken U hiervoor van harte en beloven U te blijven ijveren opdat deze veertiende jaargang in geen enkel opzicht zou moeten onderdoen voor de dertien voorgaande. De uitgave van de drie speciale nummers, die wij thans in voorbereiding hebben, vergt grote geldelijke offers. Als alle abonnenten ons tijdschrift trouw blijven bestaat er evenwel geen vrees dat wij deze financiële last niet zouden kunnen dragen.
BAND