Apollo's vastenavond-gift. Voorzien met de nieuwste en aangenaamste minne- harders- en bruylofs gezangen(ca. 1750)–Anoniem Apollo's Vastenavond-Gift. Voorzien met de Nieuwste en Aangenaamste Minne- Harders- en Bruylofs gezangen– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Gelt en trouzucht. Stem: O nuict jalousie nuict, &c. Hou Voerman van de Hel. Ontwaakt myn lief ontwaakt. GElyk een dorren boom ontrent de groene linden, Staat met een kale stam in eenig lustig wout, Zoo laat ik my (och arm!) hier by de Jonkheit vinden, En wensche nevens haar om wel te zyn getrout. 2.[regelnummer] Ik zie dat yder een met pylen is doorschooten, En is of in het oog of in het oor geraakt. Maar dat myn herte quelt is elders uit gesproten, 't En is geen schoone maagt die my nu gaande maakt 3.[regelnummer] 'k En heb nu geen vermaak in vloeken, spelen, mallen, En ik en weet niet wat, in jonge lieden lust, Daar is een gulde schigt my in de tas gevallen, Dat is een heeten dorst, en dient te zyn geblust. 4.[regelnummer] Pryst vry het goud geel hair, o domme jonge lieden Pryst vry een geestig oog, een onbevlekte jeugt, Ik prys het ed'le goud dat Princen kan gebieden, Ik prys een volle beurs, dat is myn hoogste vreugt. 5.[regelnummer] Ik sta het u bekent, myn lief is zonder tanden, En noch is 't dat myn oog aan haar zyn vreugde ziet, Want zy heeft louter geld, en vette korenlanden, Al rimpelt haar het vel, haar beurs en rimpelt niet. 6.[regelnummer] Het geld is wonder kruit, het kan ook groote vlekken Verschoonen door de kracht van zyn vermaarden glans, [pagina 59] [p. 59] Het kan een kale plek, en gryze koppen dekken, En 't is in myn gezicht gelyk een roze-krans. 7.[regelnummer] Maar ben ik niet een dwaas, dat ik ga rykdom wenschen, Ik, ik een dorren romp , een gansch bouvallig man, Het is voor my nu tyt te scheiden uit de menschen Wat hoef ik meerder lands als my bedekken kan. 8.[regelnummer] O Reden geeft behulp, en wilt den gelt-zucht toomen, Want die en dient voor al in dit geraamte niet: Bevryt myn grillig brein van deze wyze droomen, En maakt dat myn gemoet zyn malle kuuren zit 9.[regelnummer] Wat wil ik magtig goet of gelt te zamen hoopen? Ik zie de bleeke doot, ik zie den langen nagt: 't Is dwaasheid voor een mensch om teer gelt uit te loopen Wanneer hy zyne reys ten eynde ziet gebragt. Vorige Volgende