Apollo's kermis-gift aan de Haagsche vermaaksgesinde jeugd. Deel 2
(1750)–Anoniem Apollo's kermis-gift– AuteursrechtvrijStem: Reveilles vous, &c.ô GOden! ware ik de eerst ontloken
En ochtendbloem, die Roosje kiest:
Die, op haar blanken borst gestoken,
Zyn leven met dien dag verliest!
2. Ach! ware ik het fluweele en zoele
West-windje, dat verfrist haer vel!
Op dat ik streelend haar verkoele,
| |
[pagina 11]
| |
Tot Floraas oog- en ziel-gekwel
3. Ach! ware ik 't vinkje, dat zo teder
Zyn orgel voor haar ooren slaat!
Daar zo om den zang den weder-
Keer uyt het Bos, al word het laat.
4. Ach! ware ik slegts die klare golven
Die, tegen 't steken van den dag,
In haren schoot haar zien bedolven;
Gelyk de Minnemoeder plag.
5. Maar my, ô Goon! maar voor een poosje
Dien vloed! wat zou myn eb gezwind
Al golvend ... ach! vergeef't my, Roosje,
Ik wou wel al zyn, wat gy mind.
|
|