Antilliaanse Cahiers. Jaargang 3(1957-1959)– [tijdschrift] Antilliaanse Cahiers– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 50] [p. 50] XLVIII Spiritual Uit baldadig hout ben ik gesneden. mijn schepper is baldadig. Gisteren nog ben ik uitgegaan met woorden om Hem en zijn schepping hier te treffen. de woorden als harde stenen heb ik naar omhoog gesmeten. maar vandaag vervolgt hun klaterend vallen op mijn eigen hoofd mij nog. niet eens de bladeren zijn gevallen. niet eens de bomen zijn geraakt door al mijn woorden. niet eens de luchten niet eens de winden. ze zwerven boven, klateren beneden op mijn hoofd en worden wonden, wonden. uit baldadig hout ben ik gesneden mijn schepper is baldadig. Vorige Volgende