Alfa-Nieuws. Jaargang 11
(2008)– [tijdschrift] Alfa-nieuws– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 18]
| |||||||||||||
Werk in uitvoeringEerste opbrengsten van de Kenniskring NT1
| |||||||||||||
Aanvalsplan laaggeletterdheidAnderhalf miljoen Nederlanders hebben moeite met lezen en schrijven. Een aantal van hen is daardoor onvoldoende toegerust voor de eisen van de moderne kenniseconomie. Bovendien kan laaggeletterdheid een bron zijn van sociale, politieke en culturele uitsluiting. In 2005 is door de drie bewindslieden van het Ministerie van OCW een plan ter bestrijding van laaggeletterdheid opgesteld: Van A tot Z betrokken, Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006-2010. Dit plan heeft als doelstelling enerzijds het voorkomen en anderzijds het terugdringen van laaggeletterdheid. Het plan is, na goedkeuring van de Tweede Kamer, begin 2006 voor de uitvoering bij CINOP, Stichting Lezen & Schrijven en Expertisecentrum ETV.nl gelegd.
Zoals gezegd zet het Aanvalsplan Laaggeletterdheid 2006-2010 in op het voorkomen en verminderen van laaggeletterdheid. Bij het voorkomen richt men zich in de eerste plaats op de bevordering van een actief taalbeleid bij (v)mbo-scholen, zodat lees- en schrijfvaardigheid hoog op de agenda komen te staanGa naar eind1. Daarnaast gaat het ook vooral om versterking van de competenties die de docenten nodig hebben voor het adequaat omgaan met onderwijsdeelnemers met een gebrekkige taalvaardigheid en voor het bieden van een geschikte ondersteuning wat betreft de taalontwikkeling van deelnemers. | |||||||||||||
Kenniskring NT1: werkgroepen en klankbordgroepDe Kenniskring NT1 is een van de deelprojecten van het Aanvalsplan, waarin de nadruk ligt op het verminderen van laaggeletterdheid (zie ook het artikel in ALFA-nieuws nummer 3, 2008). Het centrale doel van deze kenniskring is om kennis, ervaring, educatieve producten en instrumenten op het gebied van NT1-onderwijs aan volwassenen te bundelen. In 2008 en 2009 werken we achtereenvolgens in werkgroepen aan een aantal NT1-thema's. Ook is er een klankbordgroep samengesteld en zijn er werkgroepen gestart. De klankbordgroep bestaat uit de deskundigen Ineke van de Craats (Radboud Universiteit Nijmegen), Pol Goethals (ROC Eindhoven), Pieter de Graaf (Alfaprojecten), Anne Kerkhoff (Fontys Hogescholen), Folkert Kuiken (Universiteit van Amsterdam) en Fé te Nuijl (MBO Raad/Stichting Nedwerk). In het schema hieronder staan de thema's die we de komende twee jaren willen uitwerken. We doen dat op twee niveaus: op het A-niveau wordt alle informatie over een onderwerp - theoretisch en praktisch - verzameld en beschreven. Op het B-niveau ontwikkelen we onderwijsmodules met het oog op (na)scholing en training van (nieuwe) docenten NT1. Voor de werkgroepen nodigen we zoveel mogelijk praktijk- en materiedeskundigen uit van diverse ROC's. Via een digitale werkplaats, Sharepoint, werken in elke werkgroep drie of vier auteurs aan een thema gedurende een periode van acht tot tien weken. Deze ontwikkeling wordt vanuit CINOP inhoudelijk gecoordineerd (Kiki van Etten en Itie van den Berg) en procesmatig gemodereerd (Mirella Verspiek en Sanne Cocx). Dankzij deze werkwijze kan er een verbinding gemaakt worden tussen theoretische kennis en informatie aan de ene kant en goede voorbeelden en toepassingen uit de praktijk aan de andere kant.
Inmiddels zijn er vier werkgroepen (1A, 2A, 3A en 2B) bezig en zijn de producten in de fase van afronding. De | |||||||||||||
[pagina 19]
| |||||||||||||
klankbordgroep, waarin vertegenwoordigers uit het NT1-veld en diverse universiteiten zitting hebben, denkt mee over de te onderzoeken thema's, levert feedback op producten die door de Kenniskring worden opgeleverd en formuleert onderzoeksvragen. In de vorm van onderzoeksstages proberen we zoveel mogelijk universitaire studenten aan deze werkgroepen te verbinden. Hieronder volgt een korte beschouwing van de werkgroepen die het afgelopen jaar aan de slag zijn geweest en de opbrengst van deze groepen. De eerste twee bespreken we iets uitgebreider omdat de eindproducten daarvan al beschikbaar zijn. | |||||||||||||
Werkgroep 1: Competentieprofiel docent VE NT1De eerste werkgroep die gestart is, heeft zich gericht op het ontwikkelen van een competentieprofiel docent NT1. Deze werkgroep bestond uit de volgende auteurs: Carin Spoelstra-van Dijk, Marian Janssen-de Goede en Ria van Adrichem. Een eerste concept van dit competentieprofiel is voorgelegd aan de Klankbordgroep NT1. De feedback van de Klankbordgroep is verwerkt in een tweede versie.
Bij de ontwikkeling van het competentieprofiel docent Volwasseneneducatie (VE)/NT1 hebben we gebruik gemaakt van de volgende bestaande documenten:
Allereerst hebben we op basis van het competentieprofiel Docent Nederlands als tweede taal een competentieprofiel ontwikkeld voor de docent NT1 in de volwasseneneducatie. Het ligt voor de hand dat we ons daarbij vooral hebben afgevraagd welke competenties specifiek zijn voor het NT1-onderwijs voor volwassenen. Dit eerste concept hebben we voorgelegd aan de Klankbordgroep NT1, die met een aantal voorstellen kwam waar de redactiegroep vervolgens mee aan de slag is gegaan. De belangrijkste hiervan zijn:
| |||||||||||||
[pagina 20]
| |||||||||||||
Het voordeel van deze opzet is dat iemand die al als docent functioneert een aantal algemene docentcompetenties zal beheersen. Dit instrument geeft in dat geval efficiënt zicht op de onderdelen waarin men zich nog moet bekwamen.
We bieden dit instrument aan op de website www.basisvaardigheden.nl. We hopen dat het opleidingsmanagers, docenten en nascholingsinstituten helpt bij het vaststellen van scholingsbehoeften en het bepalen van (na)scholingsaanbod. We nodigen gebruikers in het NT1-onderwijs uit deze versie te voorzien van aanvullingen en uitbreidingen ter verbetering van de beschikbare tekst. De intentie is om dit instrument jaarlijks, op basis van aangereikte suggesties, te verbeteren. | |||||||||||||
Werkgroep 2A: intake NT1De tweede werkgroep werd gevormd door Ellen Pattenier, Carin Spoelstravan Dijk en Janneke Roor. Zij hebben zich geconcentreerd op het thema ‘intake’. Het uitgangspunt hierbij is dat een goede intake een voorwaarde is voor een correcte plaatsing van een (potentiële) deelnemer en het succesvol doorlopen van een NT1-traject. Ook is het van cruciaal belang om meteen aan het begin een goed beeld te krijgen van wat de deelnemer kan leren en wat mogelijke leeropbrengst is. Naarmate de beginsituatie van een deelnemer duidelijker is, kan men beter bepalen of er aan het eind van een onderwijstraject vooruitgang is geboekt. De werkgroep heeft veel aandacht besteed aan het formuleren van een visie op dit thema.
Bij een intake gaat het erom de juiste snaar te raken. Omdat deelnemers aan een NT1-traject vaak slechte schoolervaringen hebben, is het goed hen op een niet-schoolse manier te benaderen. Op herbeleving van ervaringen uit het verleden zit niemand te wachten. De eerste kennismaking met het onderwijsinstituut bepaalt in grote mate of de potentiële deelnemer daadwerkelijk zal starten. Iemand die zichzelf kan zijn, zal eerder geneigd zijn te blijven en eventueel voor een vervolgcursus te kiezen. Kortom een zorgvuldige intake is voor de deelnemer een belangrijke factor bij de beslissing om wel of niet met een onderwijstraject te starten. Een waarborg hiervoor is om de intake uit te laten voeren door een gespecialiseerd iemand aan de hand van een weloverwogen protocol.
In de werkgroep zijn de volgende vijf elementen uitgewerkt die onmisbaar zijn bij een goede intake:
Vervolgens heeft de werkgroep specifieke competenties uitgewerkt die aan de orde zijn bij het voeren van intakegesprekken en het ontwikkelen en uitvoeren van een goede procedure. Het derde onderdeel bestaat uit informatie over het ontwikkelen en hanteren van een intakeprotocol, een verlengde intake en wat er komt kijken bij een goede nazorg. De jarenlange ervaring van docenten VE-NT1 uit diverse regio's en instellingen is in deze beschrijving van de intake NT1 gebundeld.
Op basis van dit document heeft een volgende werkgroep (na)scholingsmateriaal ontwikkeld. Dit nascholingsmateriaal bestaat uit kennisen vaardigheidsopdrachten en een overkoepelende opdracht rondom de intake NT1. Dit materiaal kan ingezet worden door instituten die een NT1-nascholing willen aanbieden. | |||||||||||||
Werkgroepen in ontwikkeling en in voorbereidingIn het voorjaar zijn er twee werkgroepen aan het werk geweest: werkgroep 3A (Kenmerken en achtergronden van de cursisten) en werkgroep 2B (Intake: (na)scholingsmodule). Binnen deze werkgroepen zijn concepten ontwikkeld die momenteel worden geredigeerd. In werkgroep 3A is de NT1-doelgroep nader onderzocht. Zij heeft de doelgroep verdeeld in een aantal relevante subgroepen. Van deze subgroepen zijn kenmerken, achtergronden, kansen en mogelijkheden beschreven. Om dit te verduidelijken en illustreren is een aantal persoonlijke portretten van deelnemers ontwikkeld. Deze portretten zijn geschikt om inzicht te krijgen in de doelgroep. Deze beschrijvingen zullen eveneens opgenomen worden in het nog te ontwikkelen (na)scholingsmateriaal. De concepten van deze twee werkgroepen worden in het najaar voorgelegd aan de klankbordgroep. In een volgend nummer van ALFA-nieuws bieden we nadere informatie over deze twee thema's. | |||||||||||||
[pagina 21]
| |||||||||||||
In voorbereiding: In het najaar van 2008 starten twee werkgroepen met het thema Didactiek NT1. Omdat dit onderwerp relatief groot is, hebben we dit gesplitst in twee subwerkgroepen 4A1 en 4A2. Werkgroep 4A1 richt zich vooral op de context van het onderwijs, de pedagogische context, het onderwijsproces en het leerproces. Het accent ligt op het leerproces van volwassenen. Werkgroep 4A2 richt zich op vakinhoud, vakdidactiek en taalvaardigheden. Wat moet een docent zoal weten, kunnen en doen en hoe doet hij dat? De focus ligt op het onderwijzen van volwassenen: het aanleren staat steeds centraal. | |||||||||||||
Stageonderzoek van studentenIn de eerste helft van 2008 hebben drie universitaire studenten een stage gelopen bij CINOP op het onderwerp NT1. Marieke Hanekamp en Janneke Sleenhof, beiden studenten aan de Radboud Universiteit Nijmegen, hebben onderzoek gedaan naar de visies van NT1-docenten op het lees- en schrijfonderwijs aan laaggeletterden en zij maken een beschrijving van de feitelijke onderwijspraktijk. Debbie Voorhaar, studente aan de Universiteit van Amsterdam, onderzoekt het gebruik van de eigen taal als instructietaal. | |||||||||||||
Tot slotHeeft u belangstelling voor een van de hierboven genoemde producten of wilt u meewerken in een van de werkgroepen van de Kenniskring NT1? Neem dan contact op met Loes Langen CINOP 073-6800728. De eerste producten van bovenbeschreven werkgroepen en de onderzoeksrapporten van de stagestudenten vindt u op www.basisvaardigheden.nl. |
|