Gevonden voorwerpen
Over vuurkast en kopieertanden
Ineke van de Craats/Radboud Universiteit, Nijmegen
Het gebrek aan woordenschat speelt iedere tweede-taalleerder van tijd tot tijd parten. De ene teerder is echter vindingrijker dan de andere in het creeren van nieuwe woorden die voor een Nederlands oor weliswaar vreemd klinken maar toch begrepen worden. Vaak verraden deze neologismen de kern van het begrip zo aardig dat we alleen maar vol bewondering kunnen zijn voor zoveel inventiviteit.
Compensatiestrategieën hoeven we de NT2-leerder die het woord vuurkast uitdacht echt niet meer te onderwijzen. Maar weet u nu ook wat een vuurkast is?
In een onderzoek naar stagnaties in het NT2-leerproces, waarover ook in het vorige nummer van Alfanieuws (nummer 9.2) gerapporteerd werd, werd aan vijftien vrouwelijke NT2-leerders gevraagd een getekend stripverhaal na te vertellen. In dat verhaal toont een jongetje aan een tot leven gekomen sneeuwman de technische wonderen van de hedendaagse maatschappij. Het zijn hele alledaagse wonderen zoals de warme en koude kraan, de televisie, de auto en het aan- en uitknopje van het elektrisch licht. Het zijn dingen die de cursisten kennen, maar die ze niet zo gauw in het Nederlands hoeven te benoemen omdat die woorden tot het huis-, tuin- en keukendomein behoren waarin vaak met huisgenoten de eigen taal wordt gebruikt. Omdat alle vijftien deelneemsters hetzelfde verhaal vertelden, ontstond er een groot aantal varianten van sommige woorden.
Zo hoorden we:
kookmachine
kookplaats
vuur van huis
kokenvuur
foe - foer - froes - f-f-f-fornuis
gas-foor/foorbijs
en ......... vuurkast.
kookfornuis
keukengas
vuur van koken
famihuis
forn-huis
electrisch gassernuis