Inhoudsopgave
Voorbericht.
Aardige vermaakelyke tydkortende vertellingen.
Twee Mismaakten.
Hy, die onder zig zelven staat, is een Zot.
De Koning te veel, en de Gaskonjer te weinig Kleeren.
De Boerin, liever wat aan den Duivel dan aan den Paap beloovende.
De Koning als een kwaade betaalder geschonden.
Op dezelve.
De Koning als zyn Paard.
De Knegt die zig houden moest of hy nergens af wist.
De jongste Schepens wyze het Vonnis.
Een die zig zelve voor Bastaard verklaard.
De Dood door een gering onderscheid gemyd.
De Bedrieger bedroogen.
Het Huwelyk door Testament maken voltrokken.
Drie wenschen zonder profyt.
Aardig antwoord.
Liefde en niet het Verstand.
Een Biechtklappende Paap.
Ambrozius op het Kakhuis geplaast.
Een Waarzegger by geluk.
Belofte van een Dief.
De Vrouwe voor haar Mans dood verlooft.
Op het zelve Onderwerp.
Een Koopman gered door Dieven.
Een Stervende verzoend met het Water.
Een weinig sprekende Vrouw, door voorbidding tot veel spreeken gebragt.
Een Vrouw voor een Hoerekind van de Kerk gescholden.
Een Pochger vol van Moed, Met weinig of geen Goed.
Een in Gevaar van te verdrinken, eet smakelyk.
Een die niet Eerrelyk wilde zyn.
Een Mennist Preeker met den Duivel in zyn Broek.
Aardig antwoord van een Edelman en een Damen.
Onderscheid van die voor Neegen of voor Vijf moet steelen.
Het kwaad Wyf.
Offer van een Hondestront.
Klugtige Opening.
Een jong Heer aardig voor een Ezel gescholden.
Kluchtige Vraag.
Aardig Huwlyk van een' Kwaaker.
De onnozele Toestemming.
Twee Professooren gescholden.
Punt-Dichtje.
De snedige Dief.
De vieze Paap en windrige Bagyn.
De Neen leerende Meester bedroogen.
Keizer Augustus aardig beloond.
Geestig Antwoord.
Raadsel.
Verwyt aan een Hoorndrager.
't Eigen Deessem, in een vreemde Oven gebakken.
Drie Studenten aardig voor Ezels gescholden.
Den Spotter beschaamd.
De dappere Officier.
Te weinig Geiten voor veel Bokken.
Reeden van Woelagtigheid.
Den Doctor door eigen schanden, zyn Vrouws ontdekt.
Een geschilderde Hond weg gelopen.
Een Juff. door Neen en Ja bedroogen.
Vleijend antwoord aan de Prins van Kondé.
De Pasquiljante Scheidsman.
De Gekken zeggen de waarheid.
Aardige belooning.
De Droefheid verspeeld.
Nobele Ontlasting.
De Man met des Duivels Zuster getrouwd.
Eerst Trouwen en dan speelen, zei de Meid.
Raad van de Vader, en vraag van de Zoon.
Onnozel antwoord van een Jonge.
De onnozele Wekker.
Aardige vertroosting.
Geld vermag veel.
Overeenkomst van Gedagten.
Aardig antwoord voor de Geleerden.
Vragen aan, en antwoord van Clarissen.
Antwoord van een Lyfmedicus.
Een waarheid gezegt en versweegen.
Antwoort van een Stervende.
Aardige Streek.
Eén goed Meester, is beter als ses anderen.
Des Dichters eigen Liefde gestraft.
Den Spotter bespot.
Meester Jan, zyn Waarzeggery.
Vreemde begeerte naar Vrienden.
Schrander antwoord van een Kind.
Waarheid en bedrog.
De stoute Dief.
Scherp antwoord.
Aardig scheutje.
't Verkeerde Propoost.
Een Apotheekers Vrouwe bedrogen.
De ongelukkige Poëet.
De onnozele Secretaris.
De treurige Weduwe getroost.
De onnozele Knegt.
De swak geloovige Boer.
De sterk geloovende Boerin.
Onnozele inbeelding van een Meid.
De kwalykverstaande Knegt.
De Inbeeldinge vermag veel.
Oorspronk van de Tabak.
Klagten.
Antwoord aan den Klaager.
Aardig antwoord.
Aardig Bedryf en Antwoord van Vleertman.
De stilswygende, doch overtuigde Hoorndraager.
Wonderlyk Fabel van de Vogel Phenix.
Daar is altoos in slimheid, Meester booven Meester.
Een Offficier en een Hofdame.
De gebrekkelyke Rekenaar.
De Waereld is vol Gekken.
De bedroogen Schoenmaker.
Het gelyk Huwlyk.
Noch een Glaasje en zo gegaan.
Een Edelman voor een Ezel uitgemaakt.
De bedroogen Woekeraar.
De Man zonder harssens.
De Inbeelding vermag veel.
De Klok zonder Kleepel.
Het Oog' kan misschen, maar 't bewys is zeker.
Punt-Dichtje.
Remedie voor de vierdendaagse Koors.
Het doorgestooken Werkje.
De stoute Meid.
Raadzel.
Burgermans Kinderen gezogt.
Sneedig antwoord.
Onnozel antwoord van een Boer.
Waarschouwing tegen de Koors.
Die niet verkoopen wil, moet de Winkel sluiten.
Des Boers Ezel verstandiger als den Paap.
De Barmhartigheid der Duivelen geroemd.
Die geen Harten kan speelen zal Schoppen krygen.
De gezuiverde Vrouw.
Een voornaam Heer aardig voor een Gek gescholden.
Niet de Hen, maar het Ey te koop.
Snedig antwoord.
De Gek genoemde, doch slimme Boer.
De verkwister gesnuykt.
Raad om zig voor de Vlooyen te verbergen.
De swaarste last voor de Ezels.
De onnozele Gemanierde.
De Roomse Geestelykheid in de Hel geplaast.
Grafraadzel op een Vleder-Muys.
Schrander antwoord van een Ambassadeur.
De aardige Tractant.
Disspuet tussen een Advokaat en Doctoor.
De Bedrogen Priester.
Een Juffrouw voor een Jonkheer Geinclineert.
De Leugenaar met een Leugen beloont.
De Onnozele Moff.
De Waard betaald voor zyn Gasten.
De droomende Boer.
Aardig vertrek der Dienstboden.
Yzer Smits werk beter, dan dat van een Zllver Smit.
De hongerige Dochter.
De Boer de Hond zyn Vaar.
Verkeerd antwoord van een Dooven.
Stilswygende overtuiging.
Vergenoeging.
De onnozele Boer.
De bedroogen Erfgenaam.
De alle uuren Kramende Vrouw.
Vreemde devotie.
't Welgepast antwoord.
De Hitte van het Vagevuur beweezen.
De Maagdom ontnomen door Stokslaagen.
Het begeerde uitgekeerd.
Op een Roemer Kruyder Wyn.
Door voorzorg bedroogen.
De geleerde Dief.
De onnozele Moffin.
Het Spek verwisselt in Steenen.
Gy kund my niet vinden, ik zal u niet zoeken.
Prognosticatie voor het tegenwoordige Jaar.Gepractiseerd op de twee Globens van Monsr. Sibilles al-geraaden.
Register.