Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid

[Carel Godfried Withuys]

Withuys, Carel Godfried -, 1794-1865; citadelpoëet. In 1849 directeur der Landsdrukkerij. Van 1837-'39 was hij redacteur geweest van de Avondbode, gesteund door de Regering. Ook was hij redacteur der Letteroefeningen. Schreef gedichten in de almanakken. Hij prees de lof van Washington en dichtte Verhalen, Romancen en Vertellingen. Spotnaam ‘Windhuis’. Zijn verzen van 1830 en '31 bracht hij bijeen in een Gedenkboek; in 1856 niet met de andere herdrukt, ‘pamfletten op rijm.’

Zie ook Atlas. In 1863 dichtte hij de Feestcantate bij 't leggen van de eerste steen van het Monument op Plein 1813 te 's-Gravenhage.

Withuys gaf met G.P.E. Robidé van der Aa Bekroonde Volksliederen uit, over Orde en Vrijheid, Weldadigheid enz. Daarbij ook zijn Vlaggelied. zie daar.