[verhandeling]
verhandeling, uitgewerkt artikel over een wetenschappelijk of zedekundig onderwerp, zeer in trek in de 18e en het begin der 19e eeuw; vaak in antwoord op een prijsvraag. W. de Clercq, 1824: Invloed der vreemde letterkunde op de Nederlandsche. Bilderdijk, Het Treurspel. Nog bij de Genestet, Over Kinderpoëzie; Prudens van Duyse, Over den Versbouw, bekroond 1851. Rhijnvis Feith schreef een verhandeling over de Invloed van het Burgerlijk Bestuur op Zaken van Godsdienst, met zilver bekroond door Teylers Genootschap. Dit gaf de gouden erepenning aan Feiths andere verhandeling: Godsdienstige begrippen noodig voor Deugd en Goede Zeden. Bekend zijn ook die van David van Lennep over het belangrijke in Hollands grond voor de verbeelding, 1826; die van Thorbecke ‘over het hedendaagsche Staatsburgerschap’, 1844.
Zie ook Geel. Over letterkunde o.a. A. Sieuwerts van Reesema, Het eigen karakter der Ned. letterkunde, 1817; J.H. v.d. Palm, Zelfkennis, 1828; P. v. Limburg Brouwer, Een nationaal tooneel; N.G. v. Kampen, Klassische en romantische poëzij.
Verder waren bekend: Over de vereischten in een levensbeschrijving der dichteren, van J.J. Vereul, 1790 te Leiden bekroond.