[toneelspel]
toneelspel, de naam van een burgerlijk drama in proza, zo als dat opkwam tegen het eind der 18e eeuw en voortgezet werd in de eerste helft der 19e. Ook in 't algemeen tussenvorm tussen treurspel en blijspel, vaak met de strekking om maatschappelijke vraagstukken op het toneel te brengen: Van Nouhuys, Eerloos; Fabricius; de stukken van Heijermans; Schimmel, Het Kind van Staat; Schuurman, De Violiers; Frans Mijnssen.