Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid

[Speurder-romans]

Speurder-romans = detective-verhalen. De eerste verscheen in 1846 van Edgar Allan Poe te Philadelphia. Na hem werd Conan Doyle beroemd, 1859-1930, in 1902 in de adelstand verheven. Bij ons Ivans met 20 zeer geprezen boeken. Uit de hedendaagse Nederlandse literatuur:

Jan Apon: Paniek op de Miss Brooklyn. Een zekere Manuel. Gentlemen. De man in de schaduw. Doctor Xenophoulos. De

gast van kamer 13. Het gorilla-mysterie. Een tip van Brissac.

Dieuke Boissevain: Discrete dood.

Willy Corsari: De onbekende medespeler, Het mysterie van het filmatelier. Het mysterie van de Mondscheinsonate. Binnen drie dagen. Voetstappen op de trap. Een expres stopte.... Dooden dansen niet. De weddenschap van inspecteur Lund.

C. de Dood: Nummer drie. Epidemie. Nachtschade.

F.R. Eckmar: Een linkerbeen gezocht. Spoken te koop. Ratten op de trap. Drie doode dwergen. De maagd en de moordenaar.

Ben van Eysselstein: Het raadsel van den 13den December. Romance in F-dur.

H. van Gellecum: Het Motley couranten-concern. De weg van het toeval. Het mysterie van de drie dooden. De Pinguin-zaak. Het geheim van Doeke Joustra. Danse macabre.

Havank: Het mysterie van St. Eustache. Het raadsel van de drie gestalten. Het spookslot aan de Loire. Het probleem van de twee hulzen. De man uit de verte. De N.V. ‘Mateor’. Er klopt iets niet. Hoofden op hol. Polka Mazurka. Vier vreemde vrienden. De schaduw grijpt in. De cycloop.

A. den Hertog: Menschen op zicht.

Herman Middendorp: Het Spaansche goud. Het geheim van Cuba. De verdwenen documenten. De schaduw van Capoulet. Het mysterie van de gele enveloppe.

A. Roothaert: Spionnage in het veldleger. Onbekende dader. Chinésche hand-wassching. Onrust op Raubrakken.

F. de Sinclair: Max Mil, detective. Hotel ‘De springende baars’. Het begon met Napoleon. De jazzband van den duivel.

Will Vandijcke: Het Drillmoor-mysterie.