[Jan Six]
Six, Jan -, 1618-1700, Vondels vriend en beschermer, dichter, geschilderd door Rembrandt. Schoonzoon van burgemeester Tulp, met een hofstede ‘Elstbroeck’ te Hillegom. Hij droeg zijn gedichten Muiderberg en Landt-Leven op aan Hendrik Hooft; dit laatste bevat stichtelijke overpeinzingen. Zijn treurspel Medea, 1648, is in de trant van Seneca. Lid der Vroedschap van Amsterdam, beschermer van Rembrandt.
Hij liet in 1682 een grafschrift houwen op Vondels zerk, tevens tijdvers, in het L.:
VIr Phoebo et MVsIs gratVs
d.i. de man Vondel, bij Phoebus en de Muzen in ere, is hier.
Vertaald door Geraert Brandt, wederom in een tijdvers:
ApoLLo en zIIn Zangberg VVaarDt.
Gerard Brandt nam van Six acht gedichten op in zijn Verscheyde Ned. Ged.; de tweede bundel daarvan droeg hij aan Six op. Six heeft ook nog een blijspel gedicht: Onschuld, uit Guzman de Alfarache, 1654 vertoond.