[Ruimte]
Ruimte, 1920-'21, het ts. der Vlaamse expressionistische activistische dichters, volgelingen van Ostayen, die er zelf niet meer aan meewerkte, daar hij naar Berlijn was uitgeweken. Hoofdman: Eugène de Bock; Herman Vos, Paul Kenis, Gijsen, Wies Moens, Victor Brunclair. Zij verlangden ruimte, kenden geen horizon; de adem van het heelal moest door hun verzen varen. Ze schreven in vrije verzen. Zo dichtte Marnix Gijsen het beeld van Sint-Franciscus:
Krachtige toren van jubel,
Als op lentefoor in lachpaleis van zaligheid, onstuimige danser,
IJle klokkenklank die m' aanvaardt op windewiek,
Nachtegaal en leeuwerik van lof,
Allerluidstluidende klok,
Banaan van zoete vergiffenis,