Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid

[Adrianus Poirters]

Poirters, Adrianus -, 1605-'74, een Jezuïet uit Oosterwijk in N. Brabant, belast met de zielzorg te Duinkerken, later prefect der studiën te Roermond, daarna te Mechelen; de Brabantse Cats. Zijn hoofdwerk is Het Masker van de Wereldt afgetrocken, 1644, twaalfde druk 1688. Dit was de vertaling van een L. bundel emblemata; de eerste titel was IJdelheyt des Werelts, plaatjes, gedichten en proza. Verder: Het Pelgrimken van Kevelaer, liederen voor de processie; Duyfken in de Steenrotse, 1657, gedicht over Jezus' lijden; Het dagelyks nieuwejaerspiegelken van Philagie, 1673. Dichter van volkshumor, afgewisseld door pittig proza; het proza zelfs beter dan de gedichten; † te Mechelen. Hij is de grote voorvechter van de Contra-Reformatie.

Standbeeld te Oosterwijk, 1926. Geschrift over hem van H.J. Allard, 1871. Bloemlezing van Salsmans, 1909; zie daar. Leven en Werken van Poirters door Dr. Edward Rombauts.