Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [mof] mof, figuur op het toneel sedert de 17e eeuw als hannekemaaier of herenknecht, met minachting en spot geschilderd. Bv. bij Isaac Vos De Moffin, 1644. Ook nog in de 18e eeuw; J. Pook, Hans Koekop; Langendijk: De Zwetser. Vorige Volgende