Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend[Hedendaagsche Mantel-eer]Mantel-eer, Hedendaagsche -, ‘voorstellende de groote Geldzugt deezer bedorven eeuwen,’ hekeldicht van Jan Zoet; zie daar. |
|
[Hedendaagsche Mantel-eer]Mantel-eer, Hedendaagsche -, ‘voorstellende de groote Geldzugt deezer bedorven eeuwen,’ hekeldicht van Jan Zoet; zie daar. |
|