Letterkundig woordenboek voor Noord en Zuid
(1952)–K. ter Laan– Auteursrecht onbekend[Disticha Catonis]Disticha Catonis, d.i. Spreuken van (een onbekende) Cato, L. verzameling van zedelessen uit de eerste eeuwen der Chr. jaartelling, in alle talen overgebracht, als bouc van seden als schoolboek gebruikt, reeds 1253 te Yperen. In 't Mnl. vertaald in vierregelige spreukjes, als: Ne merkeGa naar voetnoot1) niemens quade daet,
Dat vele merken dat es quaet,
Want en es no man no wijf
Die sonder sonde leet zijn lijf.Ga naar voetnoot2)
De Ned. vertaling, de Dietsche Catoen uitgegeven door Jonckbloet in 1845 en opnieuw door Dr. A. Beets, 1885. In de Spieghel Historiael van Maerlant leest men reeds: Cato screef een boec van seden,
Dien vint men in vele steden
In dietse ghemaect.
Het Comburger handschrift heeft er een afschrift van; in 't geheel zijn er 9 hss. en incunabelen bewaard. Vroeger schreef men het werk toe aan Porcius Cato, de censor; Scaliger noemde Dionysius Cato als schrijver. |
|