Biographisch woordenboek der Nederlanden. Deel 19

[Daniel Vrijdag]

VRIJDAG (Daniel), in 1765 te 's Hage gehoren, werd door het vroegtijdig afsterven zijner onders als wees opgenomen in de stichting van Renswoude, waar hij onderwijs genoot in de wiskundige en andere wetenschappen en tevens van M. Schouwman in de teekenkunst. Vervolgens legde

hij zich, onder J. Humbert en P.W. van Megen, verder op het teekenen en graveren toe, waarin hij zich verder vijf jaren lang onder den plaatsnijder R. Vinkeles oefende. Hij copieerde o.a. met het graveerijzer de schoone prent van Visscher, de Rotteman genoemd, de platen voor Stolberg's reizen, met Vinkeles de twee keurige prenten, het vrijheids en alliananticfeest met Frankrijk, op den Dam gevierd, naar teekeningen van Jaques Kuyper, verder de prenten voor de Staatsomwenteling in Frankrijk enz. Daar de tijdsomstandigheden voor de kunst al meer en meer ongunstig werden, legde zich Vrijdag op den kunsthandel toe, en overleed te Amsterdam 12 Januarij 1812, eene weduwe (C.G. Ebell) nalatende.

Zie Immerzeel; Kobus en de Rivecourt.