maar na eenigen tijd trad hij in Russischen zeedienst, met den rang ven brigadier of schout-bij-nacht. Hij voerde over eene Russische flotille in de Zwarte-zee het bevel en hield zich eenigen tijd te Odessa op. Hij overleed te Riga den 17den October 1800 in den ouderdom van bijna 49 jaren.
In 1782 verscheen bij G. Hulst van Keulen te Amsterdam, zijn werk over het vinden der lengte op zee, waarin, voor het eerst hier te lande, de verbeterde oplossing van dit vraagstuk in Engeland en Frankrijk werd behandeld. Dat boek werd door van Swinden en Nieuwland in de voorrede en hunner Verhandelingen over dit onderwerp zeer geprezen.
Twee jaren later volgde zijne Werktuigkundige beschouwing der uitwerking van de wind en zee op een schip, ten dienste van jonge zee-officieren. Blijkens de voorrede, werd hier gedeeltelijk het plan van een Fransch werk Le Manoevrier, van Bourdé de Villehoet, gevolgd, zonder het letterlijk te vertalen. Vroeger was dit boek in onze taal overgebragt, onder den naam van den Scheepsbesteerder; echter gebrekkig zonder inachtneming van zeemanstermen. Het tweede en voornaamste gedeelte is het werk van Vaillant.
Zie N.N. Jaarboeken, Sept. 1780, bl. 759, 877; 1781, bl. 2260; 1782, bl. 740, 743, 851; 1783, bl. 57, 60, 2073, 2083; 1784, bl. 336, 795; 1791, bl. 1756; 1793, bl. 1031; J.C. de Jonge, Gesch. v.h. Ned. zeewezen, VI, l. bl. 553, 1 vgg. 30, 365, 366, 370, 389, 392, 475, Verv op Wagenaar, IV. 424, D. VIII, bl. 16; XX, bl. 289; XXIV; bl. 97; XXVII, bl. 419; Reineveld, Reiz., bl. 184, 361, 364; de Jong, Tweede reis naar de Middel. zee, bl. 35, 394; van Hall, lev. v. Kingsbergen, bl. 327; Drentsche Volksalm. 1837, bl. 153; Collot d'Ercury, Holl. roem. D. VI, St. 1, bl. 368, 387, 389; Mr. J. Pan, Iets over J.O. Vaillant in Verhand. en berigten van het zeewezen van J. Swart 1860, D. XX, No. 2; Kobus en de Rivecourt; Verwoert.