[Petrus Lucretius Struchtmeyer]
STRUCHTMEYER (Petrus Lucretius), broeder van den vorige, werd in 1760 honoris causa doctor te Harderwijk, volgde in 1762 P. Bondam (die rector werd) als conrector aan het gymnasium te Zutphen op. Ook verkreeg hij den titel van professor der historie en welsprekendheid. In 1771 werd hij rector te Groningen en bleef dit ambt tot in het begin dezer eeuw bekleeden. Klotz en Peerlkamp hebben zijne groote verdiensten gehuldigd, hij vertaalde het werk van zijn vader Hercules Συμβολιϰος sive de procreatione et pueritia ficti hujus Dei in het Nederd.
De zinnebeeldige Hercules. Harderov. 1757 4o.
Ook schreef hij:
Epistola critica in Glossas Nomicas ad V.C. Hermannum Cannegieterum. Traiecti Rhen. 1769 8o.
En gaf eene uitgewerkte beoordeeling van Plutarchus Levens der beroemde Grieken en Romeinen door Wassenbergh en Bosscha vert. in Bijdragen van Feith en Kantelaar. Men vindt een lijst zijner nagelatene aanteekeningen en geschriften in Konst- en Letterb. voor 1817 D. I. bl. 295, 296.
Zie Saxe, Onom., T. VIII. p. 179; N. Act. erud. 1759, p. 99-419, 1770 April p. 187-192, 1772 Aug. p. 363-365; Klotz, Acta Liter., VI. 83, 561; Bouman, t.a.p., bl. 235, 286, 307; Kobus en de Rivecourt.